home

Sandra Kleynen – Verhaar, gipsverbandmeester

Sandra Kleynen

Knappe koppen. In OLVG hebben we er genoeg. In deze rubriek maak je kennis met de bijzondere talenten van onze verpleegkundigen, artsen en het ondersteunend personeel. Vandaag stellen we je voor aan Sandra Kleynen – Verhaar, gipsverbandmeester. Na 16 jaar op de Spoedeisende Hulp specialiseerde Sandra zich verder in botbreuken en kinderorthopedie. ‘Ik vond het altijd al leuk om met mijn handen bezig te zijn.’

Op de Spoedeisende Hulp behandelde je al regelmatig botbreuken. Nu werk je op de gipskamer, wat is het verschil?

‘Om gipsverbandmeester te worden heb ik na mijn opleiding tot verpleegkundige een specialistische opleiding moeten volgen in het Erasmus MC in Rotterdam. Alle gipsverbandmeesters doen daar hun opleiding. Je leert er over complexe breuken, verschillende aanlegtechnieken en materialen. Als gipsverbandmeester kan ik bijvoorbeeld een gipsen broek voor kinderen met een gebroken heup maken, dat deed ik als SEH-verpleegkundige niet. Een ander verschil is dat we op de gipskamer vaste spreekuren hebben, waarin we samenwerken met plastisch chirurgen, handtherapeuten en orthopeden. Zo komen elke woensdagochtend kinderen met een aangeboren voet- of heupafwijking bij ons.'

Wat kunnen jullie voor deze kinderen betekenen?

‘We behandelen bijvoorbeeld kinderen met klompvoetjes. Bij deze kinderen starten we twee weken na de geboorte al met de eerste gipsbehandeling. Elke week zet je, samen met de kinderorthopeed, de voet in een andere stand. Na zes weken doen we hier op de afdeling een kleine chirurgische ingreep, waarbij we de achillespees verlengen. Daarna krijgen ze nog een keer gips, voor drie weken. Door in de jaren daarna ’s nachts een bepaald soort sandaaltje te dragen, blijven de pezen mooi op lengte. De voet blijft hierdoor soepel: kinderen kunnen rennen, springen, gymmen, alles. Na hun vierde kunnen wij ze loslaten; tot hun 16e blijven ze onder controle bij de orthopeed. Als ze terugvallen komen ze bij ons terug.’

Je werkt al 11 jaar op de gipskamer. Is er in de afgelopen jaren veel veranderd?

‘Zéker. Ten eerste bestaat nu de app Virtual Fracture Care. Deze geeft met foto’s inzicht in het herstel en de oefeningen die een patiënt kan doen. Stel, je hebt een breuk van de radiuskop, dan staat in de app de behandeling helemaal uitgelegd en week voor week aangegeven wat je mag belasten. Natuurlijk staat er ook een telefoonnummer in, voor als er vragen zijn. Maar dankzij de app hoeft een patiënt minder vaak terug te komen naar de gipskamer.’

‘Ten tweede zijn we kindvriendelijker geworden: bij een pols- of elleboogbreuk wordt het bot vaak operatief vastgezet met twee pennetjes. Na enkele weken moeten deze verwijderd worden. Vroeger zeiden we dan tegen een kind: haal maar even diep adem. En dan trokken we. Heel stressvol voor kinderen. Nu werken we samen met de kinderafdeling en overleggen we met de ouders over de mogelijkheden die er zijn: een VR-bril, lachgas, sedatie en Cliniclowns. Dankzij die middelen ontspant een kind en merkt het nergens wat van.’

Zijn de kinderen niet bang voor de zaag als het gips eraf moet?

‘Haha, nou niet alleen kinderen. Officieel heet het een oscillerende zaag, maar bij kinderen noemen we het vaak de kietelzaag. Voel maar eens, hij kietelt een beetje. En hij zaagt wel door gips, maar niet door je huid. Kijk maar, als ik hem over mijn hand laat gaan gebeurt er niks. Dit laat ik ook vaak aan de kinderen zien. Eerst bij mezelf, dan over de hand van papa of mama. Daarna durft het kind het ook.’

Heb je zelf wel eens iets gebroken?

‘Nee, ik heb alleen een ski-duim gehad: een scheur in het bandje tussen mijn duim en wijsvinger. Op het moment dat het gebeurde ben ik gewoon door geskied: ik vond het zonde om mijn wintersportvakantie daarvoor af te breken. Eenmaal terug op mijn werk liet ik mijn hand aan een collega zien, die traumachirurg is. Hij zei: "dit moet onmiddellijk geopereerd worden, ik zie je morgen op de OK." Daarna moest ik 4 weken in het gips.’

In films of series moeten acteurs soms voor hun rol in het gips. Krijgen jullie daar ook aanvragen voor?

‘Jazeker, afgelopen maand was er een commercial op televisie waarin een meisje met haar arm in het gips zat. Dat hebben wij gedaan. En voor Koefnoen moest een acteur met zijn armen én benen in het gips. We vinden het hartstikke leuk om daar aan mee te werken. Vroeger organiseerden we ook open dagen voor kinderen die massaal werden bezocht. Zelfs vriendengroepen die een vrijgezellenfeestje hadden kwamen daar op af, met de vraag of we de aanstaande bruidegom konden gipsen. “Hij gaat morgen trouwen en we willen zijn vrouw laten schrikken.” Best grappig, maar nee, dat schiet zijn doel voorbij.’

Het klinkt alsof je een geweldige baan hebt

‘Ik heb het zeker naar mijn zin, mede door de fijne samenwerking met mijn collega’s op locaties Oost en West. Natuurlijk heb je soms met complexe breuken en mensen met pijn te maken, dat hoort er ook bij. Ik vind het contact met de patiënten, van 0 tot 100, heel waardevol. Met sommigen bouw je ook echt een band op: mensen met een diabetesvoet zitten wekelijks een half uur tot driekwartier op de gipskamer. Je haalt het gips eraf, verzorgt de wond en ondertussen heb je gesprekken. Ondertussen weet ik wie hun partner is, waar ze naartoe op vakantie gaan en hoe het met de kinderen is. Heerlijk.’