Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Bij artrose in je knie verandert het kraakbeen in je knie.
Je bovenbeen en onderbeen zitten met je knie aan elkaar. Op die 2 botten zit een laagje kraakbeen. Dat kraakbeen is normaal heel glad. Zo kun je knie makkelijk buigen, draaien en strekken.
Bij artrose is het kraakbeen dun en niet glad.
Ook is het laagje cellen (slijmvlies) aan de binnenkant van de knie steeds ontstoken.
Na een tijd worden de botten aan de randen ook breder.
Waardoor je artrose krijgt, is niet precies bekend.
Je hebt een grotere kans op artrose in deze situaties:
Je vertelt over je klachten en daarna onderzoekt je huisarts het gewricht dat pijn doet. Daarna kan je huisarts meestal zeggen of je artrose hebt.
Röntgenfoto's zijn meestal niet nodig. Soms is de artrose niet op een foto te zien. Vooral als de artrose nog niet zo erg is. En een foto laat niet goed zien hoe erg je klachten zijn.
Met bewegen en gezond eten wordt je lichaam sterker, je gewicht minder en de pijn vaak minder.
Als je meer gaat bewegen, is wat extra pijn en stijfheid in de knie normaal. De artrose wordt er niet erger van.
Meer pijnHeb je een periode veel pijn? Dan is het goed zo weinig mogelijk te steunen op de pijnlijke knie. Blijf de knie wel bewegen en gebruik pijnstillers. Blijf de normale dingen doen die je op een dag doet.
Je kunt advies krijgen over loophulpmiddelen, zoals een stok of rollator.
Als het iets beter gaat, kun je de oefeningen weer gaan doen. Ga weer stukjes lopen. Soms helpt het om daarbij een wandelstok te gebruiken (aan de kant van je goede knie) of een rollator.
Braces of inlegzolen helpen niet bij artrose in de knie.
Middelen die je zelf kunt kopenEr zijn veel middelen die je zelf kunt kopen. Je kunt ze beter niet gebruiken.
Is de pijn een tijd erger? Of ga je iets doen dat bij jou vaak extra pijn geeft? Dan kun je een pijnstiller nemen:
Een prik in je knie kan helpen als afvallen, bewegen, oefeningen en pijnstillers niet genoeg helpen.
Je huisarts kan de prik geven. Er zit een hormoon in dat ontstekingen remt (corticosteroïd).
Meestal wordt de pijn binnen 1 week minder. De pijn is ongeveer 3 weken minder.
Je kunt maximaal 4 prikken per jaar krijgen. Tussen de prikken moet minimaal 6 weken zitten.
Mogelijke bijwerkingen van deze prikken:
Als prikken met de ontstekingsremmer niet genoeg helpen, zijn soms prikken met een ander medicijn (hyaluronzuur) mogelijk. Bijvoorbeeld als je niet geopereerd kunt worden. Het is onzeker of dit medicijn de klachten minder maakt. De prikken kunnen wel bijwerkingen hebben. Daarom kun je deze behandeling meestal beter niet laten doen.
Je komt na 3 maanden weer bij je huisarts. Je bespreekt hoe het gaat met bewegen en afvallen als je te zwaar was.
Als dit niet genoeg heeft geholpen, kun je bespreken of je een prik in je knie wilt.
Hebben de klachten met je werk te maken? Dan kan de huisarts je naar de bedrijfsarts doorsturen. Je kunt met de bedrijfsarts bespreken of er op je werk aanpassingen nodig zijn.
Heb je alle behandelingen gedaan en blijf je veel klachten houden? En kun je je werk of andere activiteiten niet goed meer doen? Dan kun je nadenken of je een kunstknie wilt.
De huisarts kan je doorsturen naar het ziekenhuis als je hierover wilt praten.
Adviezen voor omgaan met de pijn vind je bij pijn die langer blijft (chronische pijn).
Maak een afspraak bij de huisarts in deze situaties:
Voor meer informatie en contact met andere mensen met artrose: reuma.nl.
Iedere oefening doet u 3 keer. Neem tussen iedere oefening steeds 30 seconden pauze.
Oefening 1
Oefening 2
Oefening 3
Oefening 4
Oefening 5
Dit is een goede laatste oefening van uw oefenprogramma.
U kunt napijn krijgen. Napijn is een teken dat u uw knie te veel heeft belast. Geef uw knie rust en doe het een volgende keer rustiger aan.
Als u een langere tijd veel pijn heeft, moet u de knie een tijdje wat minder belasten. U kunt de knie minder belasten door minder zwaar te steunen op de knie. Bijvoorbeeld door een wandelstok te gebruiken. U moet wel blijven bewegen. Zodra het iets beter gaat, is het belangrijk om weer te oefenen en uw dagelijkse bewegingen op te pakken.
Soms is het nodig om van hobby of beroep te veranderen om te knie te ontlasten. Hebben uw klachten invloed op uw werk? Bespreek dit dan met uw werkgever. Neem ook contact op met de bedrijfsarts. De bedrijfsarts bespreekt met u hoe u zo goed mogelijk kunt blijven werken.
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Polikliniek Orthopedie, locatie Oost, P3
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl
Polikliniek Orthopedie, locatie West, route 5
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl
Een deel van de informatie op deze pagina komt van Thuisarts.nl. Thuisarts.nl wordt gemaakt door het Nederlands Huisartsen Genootschap. De Federatie Medisch Specialisten, Patiëntenfederatie Nederland en Akwa GGZ werken mee aan Thuisarts.nl.