Artrose in het AC-gewricht : AC-artrose

Bij artrose is het kraakbeen dunner en minder glad. Het kraakbeen slijt. Bij AC-artrose zit de artrose in uw AC-gewricht.

Het AC-gewricht ligt boven uw schoudergewricht. Het AC-gewricht bestaat uit het sleutelbeen en het schouderdak. Het schouderdak is het uiteinde van het schouderblad.

Op de uiteinden van het sleutelbeen en het schouderdak zit een klein laagje kraakbeen. Dit kraakbeen is normaal gesproken glad. Hierdoor kunt u het AC-gewricht makkelijk gebruiken. Bij artrose slijt het kraakbeen. Hierdoor ontstaan er bobbels en uitsteeksels. U kunt slechter op deze zijde liggen en soms de schouder minder goed bewegen.

Artrose van het AC-gewricht kan ontstaan op verschillende manieren, bijvoorbeeld:

• U bent in het verleden een keer op de schouder gevallen.
• U heeft de schouder te veel is gebruikt. Bijvoorbeeld bij bovenhandse sporten of gewichtheffen.
• Soms is het niet duidelijk hoe de AC-artrose is ontstaan.

Artrose in het AC-gewricht komt veel voor bij mensen die ouder zijn dan 40 jaar. Dit kan ook asymptomatisch zijn.

Door AC-artrose krijgt u pijn als u de schouder beweegt. Ook als u ligt op de schouder of arm kan dit pijn doen. De pijn voelt u boven op de schouder, soms kunt u ook pijn in de nek en bovenarm voelen. De pijn is vaak in de avond. Het bewegen van uw arm kan ook een krakend geluid geven.

Bij AC-artrose zijn er 2 verschillende behandelingen: een injectie of een operatie.

Injectie

Om de pijn minder te maken kunt u een injectie in de schouder krijgen. In deze injectie zit een pijnstiller en ontstekingsremmer. De injectie zorgt er meestal voor dat u een periode minder pijn heeft. Soms komen de klachten niet meer terug.
De injectie geeft weinig bijwerkingen. Soms kunt u 1 of 2 dagen na de injectie last krijgen van opvliegers: uw gezicht en hals worden ineens rood en u gaat zweten.

Operatie

Als een injectie niet meer goed helpt, en de klachten komen terug dan kan er gekozen worden voor een operatie.