home

Bicepspeesklachten rond de schouder : last van uw lange bicepspees

De bicepspees is een pees aan de voorkant van de bovenarm. De bicepspees heeft 2 delen, een korte bicepspees en een lange bicepspees. U kunt last krijgen van de lange bicepspees. Dit kan verschillende oorzaken hebben. De behandeling start met fysiotherapie. Soms krijgt u ook ontstekingsremmers. Als uw pees niet herstelt, kunt u een operatie krijgen.

Korte en lange bicepspees

Illustratie van de bicep.

Verschillende soorten bicepspeesklachten

De meeste klachten komen voor bij de lange bicepspees.
Bicepspeesklachten geven vaak pijn aan de voorkant van uw schouder of arm. Bijvoorbeeld als u uw arm optilt of uw elleboog buigt. Ook het draaien van de onderarm kan pijn doen.

De klachten komen door:

  • bicepspees-tendinitis: irritatie van de pees
  • lange bicepspees scheur: scheur van de pees
  • SLAP-laesie: losscheuren van de pees van de schouder

Bicepspees-tendinitis

Een bicepspees-tendinitis is een ontsteking aan de lange bicepspees. Het is niet altijd duidelijk waar de ontsteking vandaan komt. Bicepspees-tendinitis ontstaat vaak door een beschadiging aan de bicepspees. De bicepspees kan beschadigen door ouderdom of te veel gebruik.

Gescheurde lange bicepspees

De lange bicepspees kan afscheuren. Bijvoorbeeld bij een zwakke pees. Ook kan de lange bicepspees scheuren bij een plotselinge beweging van de elleboog bijvoorbeeld bij een sport zoals gewichtheffen. Als de lange bicepspees afscheurt, voelt u de bicepspees knappen. Uw arm wordt dan vaak blauw en dik.
Na het afscheuren van de lange bicepspees kan de spier inzakken. Er komt dan soms een bobbel in uw arm of elleboog.
Vaak heeft u bij een gescheurde lange bicepspees geen operatie nodig.

SLAP-laesie

Een beschadiging of afscheuren van het stuk pees dat aan de schouder vastzet heet een SLAP-laesie. Dit kan komen door een val of door een harde ruk aan de arm.

Behandeling

Er zijn 2 soorten behandelingen: fysiotherapie en een injectie, of een operatie.

Fysiotherapie

Fysiotherapie kan helpen om uw bicepspees-klachten te verminderen. Een fysiotherapeut geeft advies over wat u wel en wat u niet kunt doen en hoe u uw houding kunt verbeteren. Een goede houding is belangrijk bij het herstel.

Injectie

Naast fysiotherapie krijgt u soms ook een injectie met pijnstillers en ontstekingsremmers.
Na de injectie blijven de klachten meestal meerdere maanden weg.
Na de injectie heeft u in het begin iets meer pijn, maar dat wordt snel minder. Soms krijgt u na de injectie last van opvliegers. Uw gezicht en hals worden dan opeens rood en u gaat zweten. Dit gaat vanzelf weer over.

Operatie

Als fysiotherapie en de injecties niet helpen bij het herstel, bespreekt de arts met u of een operatie nodig is. Welke soort operatie u krijgt, hangt af van de oorzaak van uw klachten. U komt voor de operatie 1 dag naar het ziekenhuis.

Zo bereidt u zich voor op de operatie

  • U vult een vragenlijst in via patiëntenportaal MijnOLVG als voorbereiding op uw behandeling of onderzoek. Daarna hoort u welke soort verdoving u krijgt.
    Meestal hoort u dit online via MijnOLVG. Heel soms is een telefonische afspraak of een bezoek aan de polikliniek Anesthesiologie nodig. Een medewerker van de afdeling Anesthesiologie neemt dan contact met u op.
    Kijk voor meer informatie op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie.
  • Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Geef dit dan aan via MijnOLVG. Doe dit zo snel mogelijk.
    Als u MijnOLVG niet gebruikt, overleg dan met uw arts.
    Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts.
  • Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw behandeling of onderzoek nuchter zijn.
    U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
    Voor meer informatie kunt u ook alvast kijken op de webpagina Verdoving bij een onderzoek of operatie. 
Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie.
Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking.
Stop als het kan 4 weken voor uw operatie met roken.
Rook niet tot minstens 4 weken na de operatie.
Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie.

Zo gaat de operatie

Bicepspees-tendinitis

Er zijn 2 operaties mogelijk: biceps-tenotomie of biceps-tenodese.

  • Bij een biceps-tenotomie knipt of snijdt de arts uw lange bicepspees door maar zet deze niet vast.
  • Bij biceps-tenodese knipt de arts uw lange bicepspees door. De arts zet de lange bicepspees vast op de bovenarm.

SLAP-laesie

Bij een SLAP-laesie is de pees losgescheurd. U krijgt dan een SLAP-repair. Bij een SLAP-repair maken we uw bicepspees weer vast aan uw schouderkom of zetten we de bicepspees vast op de bovenarm.

Na de operatie

  • Als u zich goed voelt, mag u na uw operatie meteen naar huis. U mag niet zelf autorijden of fietsen. Reizen met het openbaar vervoer raden wij af. Zorg ervoor dat iemand u ophaalt.
  • Na ongeveer 6 weken is de pijn meestal minder. Als u uw arm en schouder weer goed kunt bewegen mag u proberen auto te rijden en te fietsen. 

Biceps-tenodese

  • Het herstel na een biceps-tenodese duurt ongeveer 2 tot 4 maanden. Na de operatie kunt u een sling dragen. Een sling is een draagband voor uw arm. Als de pijn minder wordt, kunt u het gebruik van de sling afbouwen.
  • Wij raden u aan om te oefenen bij een fysiotherapeut die gespecialiseerd is in schouderklachten. De fysiotherapeut helpt u om uw arm en schouder weer goed te kunnen bewegen.

Ga niet te snel aan het werk

  • De eerste 10 dagen mag u alleen licht werk doen. U mag niets tillen.
  • Na 6 weken mag u matig zwaar werk doen. U mag niets boven uw schouders tillen.
  • Na 3 tot 6 maanden na uw operatie mag u alles weer doen.
  • Na 3 maanden mag u weer sporten in overleg met uw fysiotherapeut.

Biceps-tenotomie

  • Het herstel na een biceps-tenotomie duurt ongeveer 2 tot 3 maanden. Na de operatie kunt u een sling dragen. Een sling is een draagband voor uw arm. Als de pijn minder wordt, kunt u het gebruik van de sling afbouwen.
  • U mag op geleide van klachten de arm weer gaan gebruiken.
  • Wij raden u aan om te oefenen bij een fysiotherapeut die gespecialiseerd is in schouderklachten. De fysiotherapeut helpt u om uw arm en schouder weer goed te kunnen bewegen.

SLAP-repair

  • Het herstel duurt ongeveer 4 tot 6 maanden. Na de operatie draagt u 6 weken een immobilizer. Dit is een soort brace. U kunt uw arm niet bewegen als u de immobilizer draagt. U draagt de immobilizer ook in de nacht. De immobilizer mag alleen af tijdens stil zitten, oefenen en douchen.
  • Wij raden u aan om te oefenen bij een fysiotherapeut die gespecialiseerd is in schouderklachten. De fysiotherapeut helpt u om uw arm en schouder weer goed te kunnen bewegen.

Ga niet te snel aan het werk

  • De eerste 10 dagen mag u licht werk doen. U mag niets tillen.
  • Na 6 weken mag u matig zwaar werk doen. U mag niets boven uw schouders tillen.
  • Na 3 tot 6 maanden na uw operatie mag u alles weer doen.
  • Na 6 maanden mag u weer sporten in overleg met uw fysiotherapeut.

Wanneer moet u ons bellen?

Elke operatie heeft risico’s. Bij een operaties aan de biceps is er een kleine kans op een bloeding, infectie, schade aan zenuwen of bloedvaten of een stijve schouder.
Neem meteen contact op met de polikliniek als u 1 of meer van de volgende klachten heeft:

  • Meer dan 38,5 graden koorts.
  • Een ontstoken wond. Bij een ontstoken wond is uw wond warm, dik en rood. Er komt soms ook pus uit de wond.
  • Veel bloedverlies.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Orthopedie, locatie Oost, P3
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl

Polikliniek Orthopedie, locatie West, route 5
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl

Bel de verpleegafdeling als u vragen heeft die niet tot de volgende werkdag kunnen wachten.

Verpleegafdeling Orthopedie, locatie West, B5
020 510 82 35 (iedere dag van 16.15 tot 08.15 uur)

Bel een medewerker van Opnameplanning als u vragen heeft over de datum van de operatie.

Opnameplanning afdeling Orthopedie
020 599 36 50 (op werkdagen van 10.00 tot 12.00 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Orthopedie van OLVG. Laatst gewijzigd: