home

Scintigrafie van de botten : onderzoek afwijking botten

Met een scintigrafie maken we beelden van het skelet. De arts ziet dan of er een afwijking aan de botten is. Ook kan de arts met een botscintigrafie de doorbloeding van de botten meten. U of uw kind krijgt voor het onderzoek een injectie met een kleine hoeveelheid radioactieve vloeistof in een ader van uw arm. De radioactieve vloeistof veroorzaakt geen schade aan de gezondheid of omgeving. U plast de radioactieve stof gewoon weer uit. Het onderzoek duurt ongeveer 4 uur.

Over de botscintigrafie

Een scintigrafie is een foto van een orgaan, weefsel of een deel van het lichaam.  Bij de botscintigrafie maken we beelden van uw skelet. We zien dan of er een afwijking aan uw botten is. Ook meten we soms de doorbloeding van de botten.
De foto wordt gemaakt met een gammacamera. Voor het onderzoek krijgt u een kleine hoeveelheid licht radioactieve vloeistof via een injectie in een ader. De radioactieve vloeistof is niet gevaarlijk.

Gammacamera

  • Een gammacamera is een scanner.
  • De gammacamera scant de radioactieve straling in het lichaam en zet deze om in beelden.
  • De gammacamera maakt van dichtbij foto’s maar raakt uw lichaam niet aan.
  • Voor de kwaliteit van het beeld is het belangrijk dat u zo stil mogelijk ligt. Probeer niet te bewegen als de foto wordt gemaakt. 

Zo bereidt u zich voor

Bent u zwanger of mogelijk zwanger?

Neem dan voor het onderzoek contact op met uw arts. Tijdens een zwangerschap doen we liever geen onderzoek met straling.

Geeft u borstvoeding?

Via de borstvoeding krijgt uw baby een kleine hoeveelheid radioactieve vloeistof binnen. Wij adviseren u om de borstvoeding tot 24 uur na het onderzoek af te kolven en weg te gooien.

  • Zorg dat u 15 minuten voor het onderzoek op de afdeling Nucleaire Geneeskunde bent.
  • Bij dit onderzoek gebruiken we radioactieve vloeistof. Daarom mag u geen zwangere vrouw of kind jonger dan 10 jaar meenemen naar dit onderzoek.
  • We bellen u voor het onderzoek en bespreken de voorbereiding met u.

Eten en drinken

  • U mag gewoon eten en drinken voor het onderzoek. Extra voorbereiding thuis is niet nodig.

Kleding

  • Draag kleding die u makkelijk uit en aan kunt trekken. U mag meestal uw kleding aanhouden.
  • Draag geen kleding met metaal, zoals metalen ritsen, knopen of sieraden. Metaal houdt de straling tegen. De foto kan mislukken als u kleding met metaal draagt.

Zo gaat het onderzoek bij een volwassene

  • U krijgt een kleine hoeveelheid radioactieve vloeistof via een injectie in uw arm. De radioactieve vloeistof gaat via uw bloedbaan naar uw botten.
  • Ongeveer 3 uur na de injectie maken we foto’s. Soms maken we meteen na de injectie foto’s.
  • Tussen de injectie en de foto’s moet u vaak extra veel vloeistof drinken. De laborant bespreekt dit met u.
  • U mag tussendoor het ziekenhuis verlaten.
  • Soms is het nodig om extra foto’s te maken.
  • Het totale onderzoek met de wachttijd duurt 3,5 tot 4 uur.

Zo gaat het onderzoek bij een kind

Voor het onderzoek

  • Zorg dat u met uw kind 15 minuten voor het onderzoek op de afdeling Kindergeneeskunde bent.
  • Voor dit onderzoek mag uw kind meestal de kleding aanhouden.
  • Uw kind krijgt op de afdeling Kindergeneeskunde een infuus in de arm of hand.
  • Daarna gaat u met uw kind naar de afdeling Nucleaire Geneeskunde voor het onderzoek.
  • Als het nodig is, kunt u uw kind voor de opnamen een schone luier geven. Zorg dat u voldoende schone luiers meeneemt.

Het onderzoek

  • Uw kind krijgt een kleine hoeveelheid radioactieve vloeistof ingespoten via een infuus. De radioactieve stof gaat via de bloedbaan naar de botten.
  • Ongeveer 3 uur na de toediening van de radioactieve vloeistof maken we foto’s van het hele skelet of een deel van het skelet.
  • Tussen de toediening en de foto’s moet uw kind extra drinken. Hoeveel uw kind moet drinken, hangt af van de leeftijd. Uw kind mag tussendoor het ziekenhuis verlaten.
  • Soms is het nodig om extra foto’s te maken.
  • Het totale onderzoek met de wachttijd duurt 3,5 tot 4 uur.

Naar huis

  • U mag na het onderzoek meteen naar huis.
  • U kunt zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer.  

Adviezen voor thuis

  • Drink meer dan normaal. Zo plast u de radioactieve vloeistof sneller uit.
  • Was uw handen nadat u naar de wc bent geweest.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de afdeling via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Afdeling Nucleaire Geneeskunde, locatie West, route 12
020 510 88 77 (op werkdagen van 08.15 tot 16.45 uur)
nucleairegeneeskunde@olvg.nl

Polikliniek Kindergeneeskunde, locatie West, route 32
020 510 88 90 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Radiologie en Nucleaire geneeskunde van OLVG. Laatst gewijzigd: