home

Cubitaal tunnelsyndroom : operatie bij beknelling armzenuw, ulnaropathie

De zenuw van de elleboog kan op verschillende plekken in de arm vastzitten. Bij u zit de ulnaris zenuw klem bij uw elleboog. U kunt pijn, een doof gevoel en tintelingen in uw pink en ringvinger krijgen. Als rust of medicijnen niet helpen, kunt u soms een operatie krijgen.

Over het cubitaal tunnelsyndroom

De zenuw van de arm loopt bij de elleboog door een tunneltje. Dit is de cubitaal tunnel.
Als de zenuw in de cubitaal tunnel klem zit, kunt u klachten krijgen aan pink en ringvinger. De volgende klachten zijn mogelijk: een doof gevoel, tintelingen en verlies van spierkracht in de vingers. Het spreiden en sluiten van de vingers kan moeizaam gaan. Als de klachten lang duren, blijven de vingers soms in de klauwstand staan.

Het is niet altijd duidelijk wat de oorzaak van de klachten is. De zenuw kan geïrriteerd raken door lange tijd steunen of buigen van de elleboog. Soms is de cubitaal tunnel niet diep genoeg. De zenuw kan dan uit de tunnel gaan bij het buigen en strekken van de elleboog. Een breuk van de elleboog kan ook irritatie aan de zenuw veroorzaken.

Behandeling

De arts onderzoekt uw hand en arm. Vaak krijgt u een electromyogram of EMG. Dit onderzoek meet de werking en de kracht van de spieren en zenuwen in uw pols. Soms is het nodig om een echo te maken van de zenuw. 

Als een behandeling met gipsverband of medicijnen met ontstekingsremmers niet helpen tegen de klachten, kunt u soms een operatie krijgen. De arts bespreekt met u welke operatie voor u geschikt is.
Tijdens de operatie zorgt de arts dat de zenuw meer ruimte in het tunneltje krijgt. U krijgt dan minder klachten. Soms is het nodig om de zenuw te verplaatsen. De arts maakt dan een nieuw tunneltje.

Zo bereidt u zich voor

Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie.
Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking.
Stop als het kan 6 weken voor uw operatie met roken.
Rook niet tot minstens 6 weken na de operatie.
Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie.
  • Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Geef dit dan aan via MijnOLVG. Doe dit zo snel mogelijk.
    Als u MijnOLVG niet gebruikt, overleg dan met uw arts.
    Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts.
  • De voorbereiding is afhankelijk van de soort verdoving die u krijgt. U bespreekt dit met uw zorgverlener.
  • Soms is het nodig dat u nuchter bent. Nuchter zijn betekent dat u niets mag eten en drinken vanaf een bepaald moment tot aan uw onderzoek of operatie. Uw zorgverlener vertelt u of het nodig is dat nuchter naar het ziekenhuis komt.
  • Gebruik op de dag van de operatie geen bodylotion of crème.
  • Draag op de dag van de operatie geen sieraden of piercings.
  • Draag op de dag van de operatie geen nagellak.
  • Als u na de operatie naar huis gaat, kunt u nog wat pijn hebben. Zorg daarom dat u voor de operatie paracetamol in huis heeft.
  • Zorg dat iemand u komt ophalen na de operatie.

Zo gaat de operatie

Voor de operatie

Voor de operatie krijgt u een verdoving. Dit kan een plaatselijke verdoving of narcose zijn.

De operatie

  • De arts maakt een opening in de elleboog.
  • De arts zorgt dat de zenuw weer ruimte heeft en niet meer klem zit.
  • Soms is het nodig dat de arts voor de zenuw een nieuw tunneltje maakt. De arts verplaatst de zenuw naar de nieuwe tunnel.
  • Het sluiten van de wond gebeurt vaak met hechtingen die vanzelf oplossen.
  • U krijgt over de wond hechtpleisters en drukverband.
  • De operatie duurt 45 minuten tot een uur.

Na de operatie

  • Na de operatie krijgt u een drukverband om uw arm. U kunt uw vingers gewoon vrij bewegen.
  • Na een narcose:
    Na de operatie gaat u een tijdje naar de uitslaapkamer om wakker te worden. De uitslaapkamer heet Recovery. De zorgmedewerkers controleren uw hart, bloeddruk en ademhaling. Als het nodig is, krijgt u medicijnen tegen de pijn. Als de controles goed zijn, brengt een verpleegkundige u naar de verpleegafdeling.

Opleiden zorgverleners in OLVG

OLVG biedt kansen aan de zorgverleners van de toekomst. Nieuwe zorgverleners zijn hard nodig.
Arts-assistenten, zorgverleners en zorgverleners in opleiding kijken mee en doen zelf onderzoeken en behandelingen.  Dit gebeurt altijd onder verantwoordelijkheid van een zorgverlener met ervaring.
Zo kan OLVG patiënten ook in de toekomst de juiste zorg blijven bieden.

Uitstel van uw operatie of behandeling

Heel soms gebeurt het dat uw operatie of uw behandeling niet kan doorgaan.
Bijvoorbeeld door een onverwachte situatie. Of als een andere patiënt spoedeisende hulp nodig heeft. U krijgt dan zo snel mogelijk een nieuwe afspraak.

Naar huis

  • Als u zich goed voelt, mag u de dag van de operatie naar huis.
  • U mag na de operatie niet zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer. Vraag of iemand u naar huis brengt.
  • Een plaatselijke verdoving kan nog enkele uren nawerken.

Adviezen voor thuis

  • Houd uw hand hoog. Door uw hand hoog te houden is er minder kans op een zwelling. Als u zit of ligt, leg uw hand dan op een kussen.
  • De eerste 2 weken mag u uw hand 2 weken alleen licht belasten. U mag niet sporten, niet tillen en niet leunen op uw elleboog. Hierna gaat u in overleg met uw arts uw hand en elleboog steeds meer belasten.
  • U mag gewoon douchen maar het verband mag niet nat worden. Gebruik een plastic zak tijdens het douchen.
  • U mag het drukverband na 3 tot 5 dagen zelf verwijderen. De wond mag dan kort nat worden onder de douche. Daarna kunt u de wond bedekken met een pleister.
  • U mag 2 weken niet in bad, zwemmen of naar de sauna.
  • Bij pijn kunt u paracetamol gebruiken. Gebruik maximaal 4 keer per dag 2 tabletten paracetamol van 500 mg. Doe dit maximaal 7 dagen.

Zo gaat het verder

  • U heeft na 1 tot 2 weken een controleafspraak op de polikliniek.
  • Op de plaats van de wond blijft er een litteken bestaan.
  • Soms zijn de klachten direct na de operatie minder. Meestal duurt het enkele weken of maanden voordat de klachten weg zijn. Niet bij iedereen verdwijnen alle klachten. Het herstel van de spieren kan tot 2 jaar duren.
  • De zenuw mag niet vastgroeien in het litteken. Oefenen is daarom erg belangrijk. Zo nodig verwijst de arts u naar een handtherapeut.
  • Als de zenuw is verplaatst, krijgt u een gipsverband voor maximaal 3 weken. U kunt het gipsverband af doen om te oefenen.
  • Blijf de eerste maanden uit de zon en gebruik een zonnebrandcrème op het litteken.

Complicaties

  • Tijdens de operatie kan de zenuw beschadigen. Na de operatie kan er een gevoel van doofheid of zenuwpijn in het operatiegebied ontstaan. Heel soms is dat blijvend.
  • Pijn in de elleboog of pijn bij het buigen en strekken van de elleboog of pols.
  • Heel soms kan er pijn blijven of heeft u geen gevoel op de plaats van de operatie. Ook extra zweten en afwijkingen aan de nagel kunnen ontstaan. De handtherapeut behandelt u dan.

Wanneer moet u ons bellen?

Iedere operatie heeft risico’s. Bij deze operatie bestaat een kleine kans op een infectie of een bloeding. Het gebied rond het litteken kan de eerste maanden gevoelig zijn.

Bel meteen met de afdeling Plastische Chirurgie als u 1 of meer van deze klachten heeft:

  • U heeft meer dan 38,5 graden koorts.
  • U denkt dat uw wond ontstoken is. De wond is rood en warm of de plek om de wond is dik.
  • U heeft veel pijn.
  • De wond geneest niet goed.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Plastische Chirurgie, locatie Oost, P4
020 510 86 70 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Als de polikliniek niet bereikbaar is, belt u met klachten die echt niet kunnen wachten naar verpleegafdeling B5.

Verpleegafdeling Plastische Chirurgie, locatie Oost, B5
020 599 25 03 (dag en nacht bereikbaar)

Is de situatie levensbedreigend, bel dan 112.

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Plastische, reconstructieve, en handchirurgie van OLVG. Laatst gewijzigd: