home

HD Cyclofosfamide mobilisatiekuur

Deze informatie gaat over het behandelschema van de chemotherapie en over de bijwerkingen bij deze behandeling. Niet iedereen krijgt last van deze bijwerkingen. Dit is per persoon verschillend. Voor de start van de behandeling heeft u nog een gesprek met de oncologieverpleegkundige. Uw vragen kunt u tijdens dit gesprek stellen. Lees de informatie goed door.

Informatie over de behandeling

  • De behandeling bestaat uit 1 mobilisatiekuur. 
  • Het medicijn cyclofosfamide wordt op dag 1 via een infuus toegediend. 
  • Voor deze behandeling wordt u een dag opgenomen op de verpleegafdeling A6 in OLVG. 
  • Om uw blaas en nieren te beschermen krijgt u een ruim infuus en mercapto-ethaansulfonzuur toegediend en is het belangrijk om minimaal 2 liter water te drinken. 
  • Voor de toediening op dag 1 van deze kuur, komt u op controle bij uw arts of verpleegkundig specialist. Tijdens deze afspraak vertelt u hoe het met u gaat, en wordt er besproken hoe het verloop van de behandeling eruitziet.
  • Samen met uw arts bepaalt u of u verder gaat met de behandeling in combinatie met het academische ziekenhuis. Dit is afhankelijk van uw persoonlijke omstandigheden.

Behandelschema

Volg het schema hieronder. Een + betekent dat u op die dag het medicijn krijgt toegediend. Een - betekent dat u op die dag het medicijn niet krijgt toegediend.

Dag

Cisplatine, infuus

mercapto-ethaansulfonzuur, infuus

1 + +
2 - -
3 - -
4 - -
5 - -
6 - -
7 - -

Middelen tegen misselijkheid, braken en obstipatie

Dag

Medicijn

Hoe vaak gebruikt u het?

Wanneer?

Dexamethason
Aprepitant
Granisetron
1x per dag 12 mg 
1x per dag 125 mg
1x per dag 2 mg
Medicatie 1 uur voorafgaand aan de behandeling innemen
2 Dexamethason
Aprepitant
1x per dag 8 mg 
1x per dag 80 mg
's Morgens met ontbijt
3 Dexamethason
Aprepitant
1x per dag 8 mg 
1x per dag 80 mg
's Morgens met ontbijt
4 Dexamethason 1x per dag 8 mg 's Morgens met ontbijt

Zo nodig

Dag

Medicijn

Hoe vaak gebruikt u het?

Wanneer?

1 tot en met 7 Metoclopramide
Magnesiumhydroxide (kauwtabletten)
Movicolon / macrogol
Zo nodig 3x per dag 10 mg
Zo nodig 2x per dag 724 mg
Zo nodig 2x per dag sachet
Bij misselijkheid
Bij obstipatie/verstopping
Bij obstipatie/verstopping

Neem contact op met het ziekenhuis als u;
•    Metoclopramide slikt en toch nog misselijk blijft.  
•    5 dagen achter elkaar 3x per dag Metoclopramide slikt. 

U krijgt dan een ander medicijn tegen misselijkheid.

Bijwerkingen

Door chemotherapie kunt u bijwerkingen hebben. Dit verschilt per persoon.

Bijwerkingen die vaak voorkomen

Irritatie van de blaas

Bijwerkingen die regelmatig voorkomen

Haaruitval, misselijkheid en braken

Bijwerkingen die soms voorkomen

Vermindering bloedplaatjes (trombopenie), vermindering witte bloedlichaampjes (leukopenie), bloedarmoede (anemie), verandering in seksualiteit, huiduitslag, hoofdpijn, diarree

Meer informatie over bijwerkingen

Wat is het?

  • Door de behandeling kan er irritatie van de blaaswand ontstaan. Klachten kunnen zijn 
    (brandende) pijn bij het plassen, pijn in de onderbuik, vaker plassen, bloed in de urine, 
    vaak moeten plassen en vaak aandrang hebben, sterk ruikende urine

Wat kunt u zelf doen?

  • Drink in ieder geval 2 liter per dag (16 kopjes of 14 bekers).
  • Houd de plas niet op, maar ga bij aandrang gelijk naar het toilet.
  • Wanneer u bovenstaande klachten heeft is het belangrijk om contact op te nemen met 
    OLVG

Wat kunnen wij voor u doen?

  • Eventueel volgt verder onderzoek

Wat is het?

  • Meestal begint het haarverlies geleidelijk, 2 tot 3 weken na de eerste chemokuur.
  • Haaruitval kan samengaan met een gevoelige of pijnlijke hoofdhuid, te vergelijken met 
    haarpijn (pijn in de wortels).
  • Naast uw hoofdhaar kunnen ook uw wenkbrauwen, wimpers, oksel, lichaams- en 
    schaamhaar uitvallen. Dit is niet altijd het geval. En meestal gebeurt dit later dan het 
    hoofdhaar.
  • Ongeveer een maand na afloop van de behandeling begint uw haar weer te groeien. De 
    snelheid waarmee dit gebeurt, is per persoon verschillend. Meestal is er na enkele 
    maanden weer een goed herstel van de haargroei. 

Wat kunt u zelf doen?

  • U kunt zelf niets doen om dit te voorkomen.
  • Heeft u vragen over de vergoeding of betaling van een haarwerker? Neem dan contact op met uw zorgverzekeraar.

Wat kunnen wij voor u doen?

  • Wij geven u een pruikmachtiging.

Wat is het? 

  • Door de behandeling kunt u last krijgen van misselijkheid en/of braken. 
  • De mate waarin deze klachten optreden kan verschillen per kuur.
  • Klachten die hiermee samengaan zijn; kokhalzen, weinig of geen eetlust, maagklachten zoals een vol gevoel of pijn.

Wat kunt u zelf doen? 

  • Neem de medicijnen volgens het schema; middelen tegen misselijkheid, braken en obstipatie.
  • We adviseren u om de Metoclopramide tabletten een half uur voor de maaltijd in te nemen zodat u in staat bent iets te eten.
  • Eet meerdere keren per dag kleine beetjes.
  • Probeer verschillende producten uit.
  • Drink voldoende: 2 liter per dag. Dit zijn ongeveer 16 kopjes of 14 bekers.
  • Gemberthee en coca cola kunnen klachten van misselijkheid verminderen.
  • Als u bovenstaande klachten heeft, is het van belang om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met andere medicijnen.

Wat is het? 

  • De aanmaak van nieuwe bloedcellen door het beenmerg kan geremd worden. 
  • Hierdoor kan een tekort ontstaan van bloedplaatjes (trombocyten) in uw bloed, dit noemen we trombopenie. 
  • Bloedplaatjes spelen een belangrijke rol bij de bloedstolling. 
  • Een daling van het aantal bloedplaatjes maakt het bloed minder stolbaar. 
  • Klachten die hiermee samengaan zijn; neusbloedingen, blauwe plekken, bloedend tandvlees, bloed in de ontlasting en/of urine, bloed bij braken.

Wat kunt u zelf doen? 

  • U kunt zelf niets doen om deze klachten te voorkomen.
  • Wanneer u bovenstaande klachten heeft is het belangrijk om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Voor iedere kuur worden uw bloedwaarden bepaald. Zo kunnen we controleren of u voldoende hersteld bent om met de volgende behandeling te starten. 
  • Uw arts of verpleegkundig specialist kan besluiten de dosering van de behandeling aan te passen of de behandeling uit te stellen.

Wat is het? 

  • De aanmaak van nieuwe bloedcellen door het beenmerg kan geremd worden. 
  • Hierdoor kan een tekort ontstaan aan witte bloedlichaampjes (leukocyten) in uw bloed. Dit noemen we leukopenie. 
  • Witte bloedlichaampjes zorgen voor afweer tegen infecties.
  • Bacteriën of ziekten die voor gezonde mensen weinig gevaar opleveren, kunnen bij u tot heftige reacties leiden met hoge koorts.
  • Ongeveer tussen de 10e en de 15e dag na het starten van de kuur is het aantal leukocyten het laagst. Men noemt dit de dip-periode. In deze periode bent u meer vatbaar voor infecties.
  • Klachten van een infectie zijn; een temperatuur van 38,5°C of hoger soms in combinatie met koude rillingen.

Wat kunt u zelf doen? 

  • U kunt zelf niets doen om deze klachten te voorkomen.
  • Wanneer u bovenstaande klachten heeft is het belangrijk om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Voor iedere kuur worden uw bloedwaarden bepaald. Zo kunnen we controleren of u voldoende hersteld bent om met de volgende behandeling te starten. 
  • Uw arts of verpleegkundig specialist kan besluiten de dosering van de behandeling aan te passen of de behandeling uit te stellen.

Wat is het? 

  • De aanmaak van nieuwe bloedcellen door het beenmerg kan geremd worden. Hierdoor kan een tekort ontstaan van rode bloedcellen (erytrocyten), dit noemen we bloedarmoede (anemie). 
  • Klachten kunnen zijn; vermoeidheid, kortademigheid, duizeligheid, hoofdpijn, hartkloppingen. 

Wat kunt u zelf doen? 

  • U kunt zelf niets doen om deze klachten te voorkomen.
  • De bloedarmoede is niet het gevolg van ijzertekort. Extra voeding met ijzer zal geen effect hebben. 

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Voor iedere kuur worden uw bloedwaarden bepaald. Zo kunnen we controleren of u voldoende hersteld bent om met de volgende behandeling te starten.
  • Uw arts of verpleegkundig specialist kan besluiten de dosering van de behandeling aan te passen of de behandeling uit te stellen.

Wat is het? 

  • Huiduitslag is een verandering van de huid, waarbij roodheid, schilfering, vlekken en bultjes kunnen ontstaan. De rode huid zorgt vaak voor jeuk.

Wat kunt u zelf doen? 

  • Gebruik voor het wassen een zeep met een lage PH.
  • Vermijd felle zon. Gebruik bij zonnig weer een zonnebrandcrème met beschermingsfactor 30 of hoger.
  • Gebruik niet-geparfumeerde bodylotions of crèmes op waterbasis (hydraterend).
  • Zeep droogt de huid uit. In plaats daarvan kunt u beter voor olie kiezen.
  • Wanneer u last heeft van een jeukende huid, kan koelzalf of mentholpoeder verlichting bieden.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met medicijnen.

Wat is het?

  • Hoofdpijn kan ontstaan door de chemotherapie en door de medicatie om misselijkheid en 
    braken te voorkomen.
  • Klachten die hiermee samengaan zijn; een overgevoeligheid voor prikkels als licht en 
    geluid.

Wat kunt u zelf doen?

  • Vermijd een prikkelende omgeving. Zorg voor een rustige ruimte eventueel verduisterd.
  • Probeer met koude kompressen op het hoofd de pijn te verlichten.
  • Neem 3 keer per dag 1000 mg paracetamol.
  • Houdt de hoofdpijn aan, neem dan contact op met het ziekenhuis.

Wat kunnen wij voor u doen?

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met medicijnen.

 

Wat is het? 

  • Het slijmvlies in de darm kan beschadigd raken. Hierdoor kan diarree ontstaan. 
  • Klachten die hiermee samengaan zijn; buikpijn/buikkrampen, vaak aandrang, meer ontlasting, pijn en irritatie van het gebied rond de anus, bloed bij de ontlasting, minder plassen. 

Wat kunt u zelf doen? 

  • Drink voldoende om het vochtverlies aan te vullen. Drink daarom in ieder geval 2 liter per dag (16 kopjes of 14 bekers). 
  • Gebruik naast water, thee en koffie regelmatig een melkproduct, vruchten- en groentesappen, soep of bouillon om het tekort aan voedingsstoffen en zout aan te vullen. 
  • Voeding is niet de oorzaak van de diarree, daarom is het niet nodig om bepaalde producten te vermijden. Stoppende voedingsmiddelen bestaan niet.
  • Gebruik geen probiotica (bijv. yakult) bij diarree ten gevolge van beschadigd slijmvlies en bij verminderde afweer. 
  • Probeer gewoon te blijven eten en drinken. 
  • Wanneer u bovenstaande klachten heeft is het belangrijk om contact op te nemen met OLVG.

Wat kunnen wij voor u doen? 

  • Bij ernstige klachten volgt behandeling met medicijnen.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Medische Oncologie en Hematologie, locatie Oost, P2
020 510 88 78 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Medische Oncologie en Hematologie, locatie West, route 14
020 510 88 78 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Medische Oncologie van OLVG. Laatst gewijzigd: