Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Om uw hersenen zit een laagje met vocht. Dit heet hersenvocht.
Uw lichaam maakt de hele tijd nieuw hersenvocht aan en voert oud hersenvocht af.
Soms voert het lichaam te weinig hersenvocht af. Als u te veel hersenvocht heeft, krijgt u te veel druk op de hersenen. Dit heet intracraniële hypertensie.
Door een te hoge druk op de hersenen ontstaan klachten. Klachten zijn bijvoorbeeld hoofdpijn, misselijkheid of overgeven. U kunt ook dubbel of wazig zien.
Sommige mensen hebben meer kans op idiopathische intracraniële hypertensie:
Soms zijn medicijnen de oorzaak van de hoge druk in uw hersenen. Bijvoorbeeld de pil om niet zwanger te worden.
Meestal is de oorzaak van een hoge druk in de hersenen onbekend.
Als de oorzaak onbekend is, heet dit ook wel idiopathische intracraniële hypertensie.
Als uw arts denkt dat uw intracraniële hypertensie heeft, kunt u 1 of meer van de volgende onderzoeken krijgen.
Via een oogonderzoek kan uw arts zien of u een verhoogde druk op de oogzenuw heeft. Als u een hoge druk in uw schedel heeft, heeft u ook meestal een verhoogde druk op de oogzenuw.
Een MRI-scan is een soort foto waarop de arts uw hersenen kan zien. Op een MRI-scan kan uw arts zien of u een verhoogde druk in uw hersenen heeft.
Een lumbaalpunctie is een onderzoek met een ruggenprik. Via een lumbaalpunctie kan uw arts meten hoe hoog de druk in uw schedel is.
Uw arts bespreekt met u welke onderzoek u nodig heeft.
Uw arts bespreekt met u welke behandeling het beste bij u past.
Als u door een medicijn een hoge druk in uw hersenen heeft, bespreekt uw arts met u of u kunt stoppen met het medicijn.
Uw arts kan uw klachten behandelen die het gevolg zijn van de hoge druk in uw hersenen. Er zijn 3 soorten behandelingen. Meestal krijgt u eerst een medicijn. Als medicijnen niet helpen, krijgt u een lumbaalpunctie. Als medicijnen en de lumbaalpunctie niet helpen, kunt u een operatie krijgen.
U krijgt een medicijn om te zorgen dat de druk in uw hersenen lager wordt. Meestal krijgt u het medicijn Acetazolamide.
Via een lumbaalpunctie haalt uw arts hersenvocht weg. Door de lumbaalpunctie wordt de druk in uw hersenen tijdelijk minder.
U krijgt een operatie. Een arts plaats een dun slangetje op de plek waar het hersenvocht zit. Dit slangetje heet een drain. De drain voert uw hersenvocht af naar een plek in uw lichaam waar het geen kwaad kan. De operatie gebeurt niet in OLVG. Uw arts in OLVG verwijst u naar een arts in een ander ziekenhuis, meestal is dit het Amsterdam UMC.
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Polikliniek Neurologie, locatie Oost, P3
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)
Polikliniek Neurologie, locatie West, route 12
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)
Polikliniek Neurologie, locatie Spuistraat 239
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)