Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Longfibrose is een ziekte aan uw longen. Bij longfibrose ontstaan er littekens in uw longen. Deze littekens heten fibrose.
Door fibrose in uw longen worden uw longen minder soepel. Hierdoor wordt ademen moeilijker.
Longfibrose ontstaat vaak langzaam. Meestal worden de klachten steeds iets erger.
Longfibrose is een chronische ziekte, dit betekent dat de ziekte niet meer over gaat. Als er littekens in uw longen zitten, blijven die er altijd zitten.
Met een behandeling probeert uw arts te zorgen dat uw longfibrose minder snel erger wordt.
Klachten bij longfibrose kunnen zijn:
Bij ongeveer de helft van de mensen met longfibrose is de oorzaak niet duidelijk. Bij de andere helft van de mensen met longfibrose kan de arts een duidelijke oorzaak vinden.
De meest bekende oorzaken van longfibrose zijn:
Uw arts onderzoekt of u longfibrose heeft. Uw arts onderzoekt ook wat de oorzaak van uw longfibrose kan zijn en welk type longfibrose u heeft.
Er zijn verschillende onderzoeken mogelijk. Vaak krijgt u de volgende onderzoeken:
Uw zorgverlener maakt een röntgenfoto of CT-scan van uw longen. Deze onderzoeken gebeuren met röntgenstralen. De hoeveelheid straling is klein en veroorzaakt geen schade aan uw lichaam of omgeving. Tijdens een zwangerschap maken we liever geen CT-scan.
Bij een bronchoscopie bekijkt uw arts de binnenkant van uw longen. Een bronchoscopie gebeurt met een dunne, soepele slang die via uw mond naar uw longen gaat. Soms spoelt uw arts een stukje van uw longen uit. Bij het spoelen komen een paar cellen los. Deze cellen gaan naar het laboratorium voor onderzoek.
Bij een biopsie haalt uw arts kleine stukjes weefsel van uw longen weg. De stukjes weefsel gaan naar het laboratorium voor onderzoek.
Uw arts neemt bloed bij u af. Het laboratorium onderzoekt in uw bloed of er een oorzaak van uw longfibrose te vinden is.
Met verschillende onderzoeken kijkt uw arts hoe goed uw longen werken.
In OLVG is een speciaal longfibrose-team. Uw longarts werkt voor de onderzoeken samen met een team artsen en verpleegkundigen. In het team zitten ook artsen zoals een radioloog en patholoog.
Uw arts bespreekt de mogelijke behandelingen met u.
Longfibrose kan niet genezen. De behandeling is bedoeld om uw klachten minder erg te maken. Ook is de behandeling bedoeld om te zorgen dat uw longfibrose minder snel erger wordt.
Mogelijke behandelingen zijn:
Patiënten met longfibrose komen 3 tot 4 keer per jaar naar het ziekenhuis voor controle.
Bij de controle kijkt uw arts hoe het gaat met uw longen. Als het nodig is, kan uw arts iets veranderen aan uw behandeling.
De longarts zal onderzoeken wat de oorzaak is van uw longfibrose en welk type longfibrose u heeft. De belangrijkste onderzoeken zijn:
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Polikliniek Longgeneeskunde, locatie Oost, P2
020 510 88 92 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
Polikliniek Longgeneeskunde, locatie West, route 4
020 510 88 92 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)