home

Operatie aan de staart van de alvleesklier : alvleesklierkanker

Als u een afwijking in de staart van de alvleesklier heeft, kunt u soms een operatie krijgen. De arts verwijdert dan de staart van de alvleesklier. Omdat de alvleesklier zo dicht bij de milt ligt, is het soms nodig om ook de milt te verwijderen.

Over de operatie aan de staart van de alvleesklier

De alvleesklier is een orgaan in de buik. De alvleesklier helpt bij het verteren van eten door sappen aan te maken. Ook heeft de alvleesklier hormonen om de suiker in uw bloed te regelen.
Als u een afwijking aan uw alvleesklier heeft, zoals kanker of een ontsteking, krijgt u soms een operatie. Tijdens de operatie verwijdert de arts de afwijking aan uw alvleesklier. De operatie is een kijkoperatie. Bij een kijkoperatie opereert de arts u via kleine sneetjes in uw buik. Soms gebruikt de arts tijdens de operatie een robot.
Het kan nodig zijn om via een grotere snede in de buik een open operatie uit te voeren. De operatie en het herstel duurt dan iets langer.
De staart van de alvleesklier raakt de milt. Als u een operatie krijgt aan de staart van uw alvleesklier, is het soms ook nodig om de milt te verwijderen.

Vaccinaties bij het verwijderen van de milt

De milt is een belangrijk orgaan die u beschermt tegen ziektes. Zonder milt wordt u sneller ziek. U krijgt daarom rond de operatie een paar vaccinaties. Zo bent u beter beschermd tegen ziekten. 
2 weken voor de operatie krijgt u de volgende vaccinaties:

  • Een vaccinatie tegen pneumokokken. U krijgt elke 2 tot 3 jaar een nieuwe vaccinatie.
  • Een vaccinatie tegen meningokokken. U krijgt deze vaccinatie 1 keer. Na de vaccinatie bent u voor uw hele leven beschermd.
  • Een vaccinatie tegen de bacterie Haemophilus influenzae. U krijgt deze vaccinatie 1 keer. Na de vaccinatie bent u voor uw hele leven beschermd.

Als u met spoed een operatie krijgt, dan is er geen tijd om de vaccinaties voor de operatie te geven. U krijgt de vaccinaties dan 4 weken na de operatie.

Zo bereidt u zich voor

  • U vult een vragenlijst in via patiëntenportaal MijnOLVG als voorbereiding op uw behandeling of onderzoek. Daarna hoort u welke soort verdoving u krijgt.
    Meestal hoort u dit online via MijnOLVG. Heel soms is een telefonische afspraak of een bezoek aan de polikliniek Anesthesiologie nodig. Een medewerker van de afdeling Anesthesiologie neemt dan contact met u op.
    Kijk voor meer informatie op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie.
  • Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Geef dit dan aan via MijnOLVG. Doe dit zo snel mogelijk.
    Als u MijnOLVG niet gebruikt, overleg dan met uw arts.
    Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts.
  • Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw behandeling of onderzoek nuchter zijn.
    U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
    Voor meer informatie kunt u ook alvast kijken op de webpagina Verdoving bij een onderzoek of operatie. 

Zo gaat de operatie

Voor de operatie

U krijgt via een infuus de verdoving. Dit is de narcose.

De operatie

  • De arts maakt kleine sneetjes in uw buik.
  • Via de sneetjes kijkt de arts met een camera naar uw alvleesklier. Soms gebeurt dit ook met hulp van een robot.
  • De arts verwijdert via 1 sneetje de staart van de alvleesklier. Soms verwijdert de arts uw milt.
  • De arts stuurt de staart van de alvleesklier naar de patholoog. De patholoog onderzoekt het weefsel.
  • De arts hecht de sneetjes op uw buik.
  • De operatie duurt 2 tot 3 uur.

Na de operatie

Na de operatie gaat u een tijdje naar de uitslaapkamer om wakker te worden. De uitslaapkamer heet Recovery. De zorgmedewerkers controleren uw hart, bloeddruk, ademhaling en mogelijke hoofdpijn. Als het nodig is, krijgt u medicijnen tegen de pijn. Als de controles goed zijn, brengt een verpleegkundige u naar de verpleegafdeling.

Naar huis

U blijft meestal 2 dagen in het ziekenhuis. U bespreekt met uw arts wanneer u weer naar huis kunt. U mag niet zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer. Vraag of iemand u naar huis brengt.

Adviezen voor thuis

  • U mag gewoon douchen.
  • U mag na 10 dagen weer zwemmen.
  • Het is belangrijk om zo snel mogelijk weer te gaan bewegen. Het is afhankelijk van de pijn hoeveel u kunt doen. 
  • Na 6 weken kunt u het sporten weer gaan opbouwen.
  • Als de arts uw milt heeft verwijderd, krijgt u de eerste 2 jaar na de operatie elke dag antibiotica. Zo wordt u minder snel ziek van bacteriën. 
  • Als de arts uw milt heeft verwijderd, haal dan elk jaar de griepprik bij uw huisarts. Dat is belangrijk. 

Zo gaat het verder

Tijdens de operatie stuurt de arts de staart van uw alvleesklier naar de patholoog. De patholoog onderzoekt het weefsel. 
Na ongeveer 2 weken komt u naar het ziekenhuis voor een controle. U krijgt dan ook de uitslag.
De hechtingen lossen vanzelf op.

Zorgpaden

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Chirurgie, locatie Oost, P3
020 510 88 80 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
chirurgie@olvg.nl

Polikliniek Chirurgie, locatie West, route 6
020 510 88 80 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Als de polikliniek niet bereikbaar is, belt u met klachten die echt niet kunnen wachten naar de verpleegafdeling Chirurgie.

Verpleegafdeling Chirurgie B5, locatie Oost
020 599 25 03 (bij spoed dag en nacht bereikbaar)

Is de situatie levensbedreigend, bel dan 112.

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Chirurgie van OLVG. Laatst gewijzigd: