home

Operatie via lumbale laminectomie : bij een vernauwing onder in de rug

Als een zenuw klem zit kunt u klachten krijgen zoals pijn, tintelingen of een doof gevoel in uw bil of been. Soms is er verlies van kracht in het been. U krijgt een operatie om de beknelde zenuw vrij te maken. Dit heet een lumbale laminectomie. De operatie duurt meestal ongeveer 40 minuten.

Over de lumbale laminectomie

Een lumbale laminectomie is een operatie aan de ruggenwervels. 
Door ouderdom of slijtage kunnen de ruggenwervels dikker worden. Hierdoor kan een zenuw klem zitten. De arts verwijdert bot en eventueel verdikt bindweefsel. De zenuw krijgt dan meer ruimte. U heeft dan minder klachten. 
Na de operatie heeft u een litteken van ongeveer 5 centimeter. De grootte van het litteken heeft te maken met hoeveel wervels de arts opereert en de dikte van de onderhuidse vetlaag.

Zo bereidt u zich voor op de operatie

  • Voor de operatie spreekt u met een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
    U hoort dan welke soort verdoving u krijgt.
  • Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Overleg dit met uw arts bij aankomst in het ziekenhuis.
    Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts.
  • Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw behandeling of onderzoek nuchter zijn.
    U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
    Voor meer informatie kunt u ook alvast kijken op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie. 

Voor de operatie moet u stoppen met het gebruik van bloedverdunnende pijnstillers. 
De verzamelnaam van deze medicijnen is NSAID of Coxib. 
Controleer op de websites hieronder of u bloedverdunnende pijnstillers gebruikt. Bespreek dit dan met de anesthesioloog.  

 

Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie.
Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking.
Stop als het kan 4 weken voor uw operatie met roken.
Rook niet tot minstens 4 weken na de operatie.
Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie.
  • Gebruik op de dag van de operatie geen bodylotion of crème.
  • Draag op de dag van de operatie geen sieraden, piercings, make-up of nagellak.
  • Als u na de operatie naar huis gaat, kunt u nog wat pijn hebben. Zorg daarom dat u voor u de operatie paracetamol in huis heeft. 
  • De verpleegkundige vraagt naar de naam en het telefoonnummer van uw contactpersoon. Zorg dat uw contactpersoon bereikbaar is als u in het ziekenhuis bent.
  • Regel vervoer naar huis of zorg dat iemand u naar huis brengt. 

Zo gaat de operatie

Voor de operatie

  • Op de dag van de operatie krijgt u mogelijk medicijnen als voorbereiding op de operatie. 
  • U trekt de OK-kleding aan. 
  • De verpleegkundige vraagt u om uw eventuele gebitsprothese, hoorapparaat, contactlenzen en piercings uit te doen. 
  • De verpleegkundige meet uw bloeddruk, hartslag en temperatuur. 
  • De verpleegkundige brengt u naar de voorbereidingsruimte van de operatiekamer. 

De operatie

  • U krijgt algehele narcose. 
  • U krijgt een infuus in een bloedvat in uw arm. Een infuus is een dun slangetje.
  • De arts maakt een opening aan de achterkant in de rug.
  • De arts verwijdert de plaatsen waar het bot dikker is en waar er veel bindweefsel zit. Hierdoor heeft de zenuw meer ruimte. 
  • De arts sluit de wond met oplosbare hechtingen.
  • U krijgt misschien een wonddrain. Een drain is een slangetje in uw lichaam. De wonddrain voert teveel aan bloed en wondvocht af de eerste uren na de operatie. 

Na de operatie

  • U gaat naar de uitslaapkamer om wakker te worden. De uitslaapkamer heet Recovery. De zorgverleners controleren uw hartslag, bloeddruk en ademhaling. Als het nodig is, krijgt u medicijnen tegen de pijn. Als de controles goed zijn, brengt een verpleegkundige u naar de verpleegafdeling.
  • Na de operatie ligt u het eerste uur op uw rug. Daarna mag u op een zij liggen, maar niet op uw buik. 
  • U krijgt op vaste tijden pijnstilling op de afdeling.
  • De verpleegkundige verwijdert het infuus en de drain meestal dezelfde avond. 

Voor het eerst uit bed

Na de operatie mag u na 1 uur uit bed onder begeleiding van een verpleegkundige.
Om uit bed te gaan, draait u zich het eerst op uw zij en plaats dan uw benen over de rand van het bed. Ga eerst zitten en plaats uw handen naast de bovenbenen voor steun, en sta dan voorzichtig op.
Bij zitten, opstaan en lopen krijgt u soms een duizelig of misselijk gevoel. Dit gaat meestal vanzelf over. 

Risico's

Klachten na de operatie kunnen zijn:

  • Het gebied rond de wond voelt dik en warm aan en kunt u blauwe plekken hebben bij de wond. Dit is normaal en verdwijnt vanzelf.
  • Verstopping van een bloedvat in het been. Dit heet trombose. Trombose is herkenbaar aan een dikke en pijnlijke kuit. Zonder behandeling kan er een bloedklontje in de longvaten of hersenvaten terecht komen. Dit kan zeer ernstige gevolgen hebben. Daarom krijgt u in het ziekenhuis een injectie om te zorgen dat u geen trombose krijgt. 
  • Beschadiging van een huidzenuw. Dit geeft een doof gevoel in een gedeelte van de huid. Meestal verdwijnen de klachten vanzelf, maar soms zijn ze blijvend.\

Na een operatie aan het wervelkanaal kunnen er klachten ontstaan, zoals:

  • Nabloeding. Door een nabloeding kan de druk op het ruggenmerg groter worden. Hierdoor kunt u uitval krijgen. Meestal is dan een nieuwe operatie nodig.
  • Een gaatje in het ruggenmergvlies. De arts kan dit meestal dicht maken zonder verdere gevolgen. Soms lekt er na de operatie wat vocht uit het ruggenmerg. Meestal herstelt dit vanzelf. Een enkele keer is een nieuwe operatie nodig om het gaatje te dichten. Er zijn geen blijvende gevolgen.
  • Beschadiging van een zenuw. De arts opereert dichtbij zenuwen. Hierdoor kan een zenuw beschadigen. U kunt dan minder gevoel of kracht krijgen. Soms heeft u ook pijn. Meestal verdwijnen de klachten, maar soms zijn ze blijvend.

Opleiden zorgverleners in OLVG

OLVG biedt kansen aan de zorgverleners van de toekomst. Nieuwe zorgverleners zijn hard nodig.
Arts-assistenten, zorgverleners en zorgverleners in opleiding kijken mee en doen zelf onderzoeken en behandelingen.  Dit gebeurt altijd onder verantwoordelijkheid van een zorgverlener met ervaring.
Zo kan OLVG patiënten ook in de toekomst de juiste zorg blijven bieden.

Uitstel van uw operatie of behandeling

Heel soms gebeurt het dat uw operatie of uw behandeling niet kan doorgaan.
Bijvoorbeeld door een onverwachte situatie. Of als een andere patiënt spoedeisende hulp nodig heeft. U krijgt dan zo snel mogelijk een nieuwe afspraak.

Naar huis

  • Vraag of iemand u naar huis brengt. U mag de eerste 3 weken niet zelf autorijden of fietsen. Ook reizen met het openbaar vervoer raden wij af.  Meestal kunt u de dag na de operatie rond 11 uur naar huis.
  • Als u thuiszorg nodig heeft, moet u dit van tevoren regelen via uw huisarts. 
  • De zenuw kan zwellen als gevolg van irritatie door de operatie. Vaak heeft u tijdelijk wat pijn op plaatsen waar u dit niet gewend bent. Dit is normaal en gaat vanzelf over. 
  • Als het nodig is krijgt u pleisters en verbandmateriaal voor de wond mee en een recept voor pijnbestrijding. Meestal helpt paracetamol voldoende tegen de pijn. 

Adviezen voor thuis

  • De wond heeft geen speciale verzorging nodig. Meestal gebruikt de neurochirurg oplosbare hechtdraden. Deze draden lossen vanzelf in uw lichaam op. Op de huid zitten hechtstrips om de huid bij elkaar te houden. Soms laten de hechtstrips vanzelf los. Deze hoeft u niet te vervangen. Verwijder na maximaal 10 dagen de hechtpleisters voorzichtig. Als de arts andere hechtingen heeft gebruikt, krijgt u een afspraak mee om de hechtingen te laten verwijderen. De huisarts kan dit ook doen. 
  • Houd de wond de eerste 2 dagen droog. Als de wond droog is, mag u douchen. Na het douchen, kunt u de wond voorzichtig droog deppen met een schone handdoek. U mag niet baden en zwemmen totdat de wond dicht en genezen is. Dat duurt ongeveer 14 dagen.
  • Luister naar uw lichaam. U kunt alles weer doen en uitproberen, zolang u geen klachten heeft. Neem rust als u pijn voelt of vermoeid raakt.
  • Doe het de eerste weken rustig aan. Bouw het bewegen rustig op. Als u klachten krijgt, gaat u te snel. In het begin kunt u spierpijn en pijn aan de wond hebben. Dit is normaal. Ook kunt u tintelingen of prikkelingen in het been voelen.
  • Als u felle scherpe pijn vanuit uw rug naar uw been voelt, gaat u te snel. Doe het dan rustiger aan.
  • Wissel liggen, zitten, staan en lopen met elkaar af.
  • Til in het begin geen zware voorwerpen en buk niet voorover.
  • Na 3 weken kunt u weer autorijden en fietsen.
  • Bespreek met uw arts als u weer wilt gaan sporten. Het is belangrijk dat u alle dagelijkse handelingen zonder problemen kunt doen, voordat u weer start met uw sport. Begin rustig aan en luister naar uw lichaam. 

Pijn

Bij pijn kunt u paracetamol gebruiken. Gebruik maximaal 4 keer per dag 2 tabletten paracetamol van 500 mg. Doe dit maximaal 7 dagen. 

Belasting en weer aan het werk gaan

U zult merken dat bewegen steeds beter gaat. Ook de kracht en coördinatie van de spieren nemen toe. Het is belangrijk om niet te forceren.
Na 3 weken mag u weer beginnen met fietsen en autorijden.
Over het algemeen kunt u uw dagelijkse activiteiten en uw werkzaamheden snel oppakken. Neem voor hervatting van uw werk contact op met de bedrijfsarts. 
Uw fysiotherapeut kan hierbij eventueel adviseren.

Resultaat van de operatie

Meestal zijn de klachten minder of helemaal weg na de operatie. Het herstel van de zenuw kan 6 tot 8 weken duren. De spinaalverpleegkundige bespreekt met u wanneer u weer kunt gaan werken of sporten. 

Vaak heeft u wat pijn op plaatsen waar u dit niet gewend bent. Dit is normaal. De zenuw kan zwellen als gevolg van irritatie tijdens de operatie. Dit kan pijn, een doof gevoel of tintelingen veroorzaken. Dit wordt langzaam beter. 

Zo gaat het verder

U krijgt een telefonische afspraak voor over 6 tot 9 weken bij de chirurg.

Wanneer moet u ons bellen?

Iedere operatie heeft risico’s. Bel meteen de polikliniek Neurochirurgie als u 1 of meer van deze klachten heeft: 

  • U heeft meer dan 38,5 graden koorts.
  • De wond blijft bloeden nadat u de wond een half uur heeft dichtgedrukt. 
  • De operatiewond wordt dikker en gaat steeds meer pijn doen. 
  • Bij blijvende of nieuwe klachten van een verdoofd gevoel of verlies van kracht in uw benen. 
  • Als u problemen krijgt met plassen.

Bij twijfel kunt u ook eerst met uw huisarts of de huisartsenpost bellen. Vertel de huisarts altijd over uw operatie en de operatiedatum. 

Veelgestelde vragen

De zenuw heeft tijd nodig om te herstellen. Na de operatie duurt het vaak nog 6 tot 8 weken voordat de uw zenuw is hersteld. Hierdoor kunt u pijn voelen na de operatie. De pijn zal langzaam minder worden. 

Pijn in de liezen, een doof gevoel in uw bovenbenen of billen en kramp of pijn in het andere been zijn klachten die u kunt krijgen na de operatie. Meestal krijgt u last als u vaker en langer uit bed komt. De klachten komen waarschijnlijk doordat u anders staat en uw rug anders beweegt na de operatie. Meestal zijn uw klachten weg na 2 weken. 

Als u op hoge hakken loopt, dan houdt u vaak uw rug hol. U kunt hier last van krijgen. Loop in het begin niet te lang op hakken en bouw dit langzaam op. Luister goed naar uw lichaam.

Als u dit wilt en als het lukt met de klachten, kunt u gewoon seks hebben. Sommige mensen zijn bang voor onverwachte bewegingen tijdens de seks. Zoek dan een houding waarin u genoeg steun heeft. 

U mag na 3 weken weer autorijden.

U mag na ongeveer 3 weken weer fietsen. Als de kracht in uw benen goed is, kunt u kort proberen hoe het gaat met fietsen. Als u nog veel klachten heeft, wacht dan met fietsen en probeer het later opnieuw. Als het goed gaat, kunt u het fietsen langzaam opbouwen. 

U mag gewoon reizen met het openbaar vervoer. Een onverwachte beweging van bus, tram, metro of trein kan vervelend zijn. Als u veel last heeft, wacht dan met het reizen met het openbaar vervoer. 

De eerste 4 tot 6 weken na de operatie heeft u nodig om te herstellen. In deze weken kunt u beter niet werken. 
Wanneer u weer rustig kunt beginnen met werken, hangt af van hoe u zich voelt en wat voor werk u doet. Bespreek dit met uw bedrijfsarts. Soms kunt u beginnen met halve dagen werken.

De arts bespreekt dit met u, maar in principe kunt u de eerste 4 tot 6 weken niet thuis schoonmaken. Het maakt natuurlijk verschil of u alleen woont of niet. Het is belangrijk dat u goed naar uw lichaam luistert. 

Als het steeds beter gaat is het vaak niet nodig om te starten met fysiotherapie. Als u na ongeveer 4 weken nog onzeker bent of als u begeleiding en advies wilt, dan kunt u fysiotherapie starten. 

Dit hangt af van hoe snel u herstelt. Vaak hebben mensen ongeveer 1 maand fysiotherapie nodig. Bespreek voor uw behandeling met de fysiotherapeut wat u kunt verwachten. 

U heeft meer tijd nodig om te herstellen voordat u weer kunt sporten. Vaak duurt dit 2 tot 3 maanden. Begin alleen aan sporten als u het gevoel heeft dat u het kan. Doe in het begin niet mee met een groep en gebruik geen begeleiding. Ga bijvoorbeeld eerst hardlopen om te kijken hoe u zich voelt. Zorg dat u goede schoenen heeft en begin met hardlopen op een zachte grond, zoals gras. 

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Neurochirurgie, locatie West, route 5
020 510 88 85 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Opnameplanner Neurochirurgie, locatie West
020 510 84 96 (ma t/m do van  09.00 tot 10.00 uur en van 12.30 tot 15.30 uur)

Polikliniek Orthopedie, locatie Oost, P3
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl

Polikliniek Orthopedie, locatie West, route 5
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl

Opnameplanning afdeling Orthopedie
020 599 36 50 (op werkdagen van 10.00 tot 12.00 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Neurochirurgie van OLVG. Laatst gewijzigd: