home

Opwekken van de eisprong : ovulatie-inductie

Als u niet zwanger kunt worden, kan dit komen doordat er geen eicel groeit na de menstruatie. Menstruatie heet ook wel ongesteld zijn. Omdat er geen eicel groeit, krijgt u ook geen eisprong. Om toch zwanger te worden, is een behandeling met medicijnen mogelijk. Dit heet het opwekken van de eisprong. Het opwekken van de eisprong heet ovulatie-inductie.

Over een eisprong

Naast de baarmoeder zitten de eierstokken. Als u ongesteld bent geweest, gaat er een eicel in de eierstokken groeien. Wanneer de eicel groot genoeg is, beweegt de eicel naar de baarmoeder. Dit heet de eisprong. Tijdens deze dagen kunt u zwanger worden.
Als de eicel niet is bevrucht, laat een deel van de binnenkant van de baarmoeder los. Hierdoor krijgt u een bloeding. Deze bloeding heet de menstruatie of ongesteld zijn.
De tijd tussen 2 keer ongesteld zijn heet de cyclus. Meestal duurt de cyclus 22 tot 35 dagen.

Anovulatie

Sommige vrouwen krijgen geen eisprong. Dit heet anovulatie. U bent dan onregelmatig ongesteld. Dit betekent dat het meer dan 35 dagen duurt voor u weer ongesteld wordt. 
Anovulatie kan komen door ziektes zoals PCOS. Dit betekent Polycysteus Ovarium Syndroom.

Behandeling

Als u anovulatie heeft en zwanger wilt worden, kunt u soms medicijnen krijgen om de eisprong op te wekken. Dit heet ovulatie-inductie. De arts probeert met de behandeling elke maand een eisprong op te wekken. Zo heeft u elke maand kans om zwanger te worden. Zorg dat u regelmatig seks heeft met uw partner. Hierdoor wordt de kans op zwangerschap groter.

Er zijn 3 manieren om de medicijnen toe te dienen:

  1. tabletten Clomid of Letrozol
  2. injecties met gonadotrofine
  3. pompje Lutrelef

U krijgt een inwendige echo en een bloedonderzoek om te kijken welke medicijnen het beste bij u passen.

Behandeling met het medicijn Clomid of Letrozol als tablet

De eisprong ontstaat door het hormoon FSH. FSH is de afkorting van follikelstimulerend hormoon. Clomid en Letrozol zijn medicijnen die ervoor zorgen dat er meer FSH gemaakt wordt in uw lichaam. Zo krijgt u een eisprong.
Als u met de medicijnen een eisprong krijgt, maar na 6 tot 12 maanden niet zwanger bent geworden, kunt u een extra onderzoek krijgen. De arts bekijkt dan of uw eileiders goed werken. Lees meer over het onderzoek op de webpagina: Röntgenonderzoek baarmoeder en eileiders.

De behandeling

De behandeling begint altijd nadat u ongesteld bent geweest. Als u niet ongesteld bent geweest, krijgt u medicijnen om ongesteld te worden.
Begin met tellen vanaf de dag dat u ongesteld wordt. De dag dat u begint met bloeden is dag 1.

  • Bel op dag 1 de polikliniek Fertiliteit. Als u op werkdagen na 5 uur of in het weekend ongesteld wordt, bel dan de volgende werkdag naar de polikliniek.
  • Op dag 3 of op dag 5 begint u met het nemen van het medicijn Clomid of Letrozol. De arts bespreekt met u op welke dag u kunt beginnen met de medicijnen. U neemt de medicijnen 5 dagen achter elkaar.
  • Tijdens de behandeling komt u naar het ziekenhuis voor een inwendige echo. De arts kijkt dan of de eicel aan het groeien is.
  • Soms komt u ook naar het ziekenhuis voor een bloedonderzoek. De arts bekijkt dan of u een eisprong heeft gehad.

Na de behandeling

  • Wel een eisprong
    Als u een eisprong heeft gehad, wacht dan 2 weken af of u ongesteld wordt. Als u 2 weken na de eisprong niet ongesteld wordt, kunt u een zwangerschapstest doen. Als u wel ongesteld wordt, kunt u deze behandeling nog eens proberen. De arts of verpleegkundige bespreekt dit met u.
  • Geen eisprong
    Als u geen eisprong heeft gehad, krijgt u medicijnen om ongesteld te worden. Hierna krijgt u een hogere dosis van het medicijn Clomid of Letrozol.

Bijwerkingen

  • De medicijnen wekken de eisprong op. Soms wekken de medicijnen meerdere eiblaasjes op. U heeft dan kans om zwanger te zijn van een tweeling. U heeft ook kans om zwanger te zijn van een drieling, maar dit komt heel weinig voor
  • Er kunnen cysten op uw eierstokken groeien. Een cyste is een blaasje met vocht. Dit is normaal en gaat meestal vanzelf weg.
  • U kunt last krijgen van hoofdpijn, darmklachten en stemmingswisselingen. Lees meer over de bijwerkingen van de medicijnen in de bijsluiter die u van de apotheek krijgt.

Behandeling met hormooninjecties gonadotrofine

Soms lukt het niet om de eisprong op te wekken met Clomid of Letrozol. U krijgt dan injecties met het hormoon gonadotrofine. U spuit de hormonen zelf in. De verpleegkundige vertelt u  hoe u dit doet.

De behandeling

De behandeling begint altijd nadat u ongesteld bent geweest. Als u niet ongesteld bent geweest, krijgt u medicijnen om ongesteld te worden.
Begin met tellen vanaf de dag dat u ongesteld wordt. De dag dat u begint met bloeden is dag 1.

  • Bel op dag 1 de polikliniek Fertiliteit. Als u op werkdagen na 5 uur of in het weekend ongesteld wordt, bel dan de volgende werkdag naar de polikliniek.
  • Op dag 1 maakt u ook een afspraak voor een echo.
  • Op dag 3 komt u naar het ziekenhuis voor een echo. Bij deze echo controleert de arts of u cystes of vochtblaasjes op uw eierstokken heeft. U krijgt een inwendige echo.
  • Op de dag van uw echo heeft u ook een afspraak met de fertiliteitsverpleegkundige of de fertiliteitsassistente. Tijdens deze afspraak leert u hoe u de hormonen inspuit en kunt u vragen stellen over de behandeling.
  • Begin op dag 3 met het spuiten van hormonen. U spuit de hormonen 1 keer per dag in. De fertiliteitsverpleegkundige bespreekt met u hoe lang u de hormonen moet prikken.
  • Rond dag 10 komt u terug naar het ziekenhuis voor een inwendige echo. De arts bekijkt of de eiblaasjes groeien. Ook ziet de arts hoeveel eiblaasjes er zijn en hoe snel de eiblaasjes groeien. Als het nodig is, maakt u een afspraak voor de volgende echo.
  • Als het eiblaasje ongeveer 18 mm is, krijgt u een injectie met het hormoon hCG. Wij adviseren u om seks te hebben op de dag van de injectie met hCG en op de dag na de injectie met hCG. Zo heeft u de meeste kans om zwanger te worden.

Na de behandeling

  • Niet ongesteld geworden
    Als u 17 dagen na de injectie met het hormoon hCG nog niet ongesteld bent geworden, kunt u een zwangerschapstest doen.
  • Wel ongesteld geworden
    Als u binnen 17 dagen na de injectie met hCG ongesteld bent geworden, kunt u deze behandeling opnieuw proberen. De arts of verpleegkundige bespreekt dit met u.

Bijwerkingen

  • De dagelijkse injecties wekken een eisprong op. Soms wekken de injecties meerdere eiblaasjes op. U heeft dan kans om zwanger te zijn van een tweeling. U heeft ook kans om zwanger te worden van een drieling, maar dit komt heel weinig voor.
  • Als er meer dan 2 eiblaasjes groeien, krijgt u geen injectie met het hormoon hCG. Zo wordt u niet zwanger van een drieling. Soms kunt u toch een eisprong krijgen door uw eigen hormonen. Wij adviseren u geen onbeschermde seks te hebben tot u ongesteld wordt.
  • U kunt last krijgen van prikkelbaarheid, een opgezet gevoel in de buik, pijnlijke borsten en irritatie rond de plaats van de injectie. Lees meer over de bijwerkingen in de bijsluiter die u van de apotheek heeft gekregen.
  • Soms worden uw eierstokken te groot door de behandeling. Dit heet het overstimulatiesyndroom. Tijdens de behandeling controleert de arts regelmatig of u het overstimulatiesyndroom heeft. U kunt last krijgen van buikpijn, misselijkheid en u kunt zwaarder worden. Als u klachten krijgt, bel dan de polikliniek Fertiliteit.

Behandeling met pompje Lutrelef

Het medicijn Lutrelef kan ook een eisprong opwekken. Dit medicijn moet een paar weken in uw lichaam aanwezig zijn. Daarom krijgt u een pompje met Lutrelef. U plakt het pompje op uw arm of buik. Uit het pompje komt een dunne naald. De naald prikt in uw huid. Dit doet geen pijn. Zo krijgt uw lichaam een lange tijd het medicijn Lutrelef. U draagt het pompje ook in de nacht. U gebruikt het pompje tot u zwanger bent.

De behandeling

De behandeling begint altijd nadat u ongesteld bent geweest. Als u niet ongesteld bent geweest, krijgt u medicijnen om ongesteld te worden.
Begin met tellen vanaf de dag dat u ongesteld wordt. De dag dat u begint met bloeden is dag 1.

  • Bel op dag 1 de polikliniek Fertiliteit. Als u op werkdagen na 5 uur of in het weekend ongesteld wordt, bel dan de volgende werkdag naar de polikliniek.
  • Op dag 10 komt u naar het ziekenhuis voor een echo. Bij deze echo controleert de arts of u cystes of vochtblaasjes op uw eierstokken heeft. U krijgt een inwendige echo. Vaak krijgt u meerdere echo’s om zeker te weten dat het eiblaasje groeit.
  • Als het eiblaasje ongeveer 18 mm is, krijgt u een injectie met het hormoon hCG. Wij adviseren u om seks te hebben op de dag van de injectie en op de dag na de injectie. Zo heeft u de meeste kans om zwanger te worden.
  • Soms krijgt u tijdens de behandeling ook vaginale hormoontabletten. Dit betekent dat u de tabletten in de vagina inbrengt. De arts bespreekt dit met u.

Na de behandeling

Als u 2 weken na de eisprong niet ongesteld bent geworden, kunt u een zwangerschapstest doen. Bel de polikliniek Fertiliteit om de uitslag door te geven. Als u binnen 2 weken na de eisprong ongesteld bent geworden, laat u het pompje zitten. Zo kan een nieuwe eisprong ontstaan. 

Bijwerkingen

U krijgt niet veel bijwerkingen van het pompje. U kunt last krijgen van irritatie op de huid onder het pompje. U kunt ook buikpijn of hoofdpijn krijgen. U kunt zich ook misselijk voelen.
Vaak duurt het een paar weken voordat het pompje een eisprong opwekt. Soms is het nodig om een hogere dosis Lutrelef te krijgen om de eisprong op te wekken. De arts bespreekt dit met u.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek VEVO, locatie Oost, P1
020 599 34 81 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Fertiliteit, locatie West, route 22
020 510 86 14 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Fertiliteit van OLVG. Laatst gewijzigd: