Orthostatische hypotensie : een lage bloeddruk als u gaat staan

Bloeddruk is de druk in uw bloedvaten. Uw bloeddruk kan soms wat lager zijn en soms wat hoger dan een gezonde bloeddruk.
Als u zit of ligt en dan ineens gaat staan, daalt uw bloeddruk. Dit is normaal.
Uw bloedvaten zorgen ervoor dat de bloeddruk niet te veel daalt als u gaat staan. Dit gebeurt doordat de bloedvaten zich samenknijpen. 
Soms reageren uw bloedvaten te langzaam. Hierdoor daalt uw bloeddruk te veel.
Dit heet orthostatische hypotensie.

Als u orthostatische hypotensie heeft, kunt u de volgende klachten hebben:

• U ziet wazig.
• U krijgt zwarte vlekken voor de ogen.
• U wordt duizelig of licht in het hoofd.
• U verliest uw evenwicht, waardoor u valt of bijna valt.
• Heel soms valt u flauw.
• Meestal zijn de klachten in de ochtend erger dan in de avond.

Vaak krijgt u bij 1 of meer van de volgende situaties klachten van orthostatische hypotensie:

• U gaat vanuit een liggende of zittende houding staan.
• U heeft net gegeten.
• U verliest te veel vocht. Bijvoorbeeld door diarree of door medicijnen waarvan u gaat plassen.
• U bent net actief geweest. U bent bijvoorbeeld net de trap op gelopen.
• U neemt een warme douche of bad.
• U bent in een warme ruimte, bijvoorbeeld een sauna.
• U staat lang rechtop zonder te bewegen. 

Orthostatische hypotensie kan verschillende oorzaken hebben:

• Een ziekte, zoals Parkinson of suikerziekte.
• U heeft te weinig vocht in de bloedvaten. U drinkt te weinig of u verliest te veel vocht door bijvoorbeeld diarree.
• Medicijnen.
• Leeftijd. Mensen vanaf 70 jaar hebben vaker last van orthostatische hypotensie.

Om te zien of u orthostatische hypotensie heeft, krijgt u een onderzoek:

• De arts vraagt u om 15 minuten te gaan liggen.
• Na deze 15 minuten meet de arts uw bloeddruk en hartslag.
• De arts vraagt u om te gaan staan.
• Na 1 minuut meet de arts uw bloeddruk en hartslag.
• U blijft staan.
• Na 3 minuten meet de arts weer uw bloeddruk en hartslag.

De behandeling hangt af van de oorzaak. 
Uw arts bespreekt met u welke behandeling het beste bij u past.

Wat u zelf kunt doen

De volgende adviezen zorgen ervoor dat uw bloeddruk niet te veel daalt als u vanuit zittende of liggende houding gaat staan.

Adviezen over eten, drinken en kleding

• Drink minimaal 2 liter per dag. Als de arts eerder met u heeft besproken dat u niet te veel mag drinken, volgt u het advies van uw arts. 
• Drink minimaal 0,5 liter voor u uit bed stapt.
• Drink dranken met cafeïne zoals koffie, thee of cola light. Cafeïne zorgt voor een hogere bloeddruk. U kunt ook met uw arts bespreken wat u kunt drinken. 
• Eet voldoende zout. Zout zorgt voor een hogere bloeddruk. Eet daarom zout, maar niet meer dan 6 gram per dag. 
• Eet liever 4 tot 6 keer per dag een klein beetje in plaats van 2 of 3 keer veel.
• Eet koolhydraten verspreid over de dag. Koolhydraten zit bijvoorbeeld in pasta, aardappelen, brood. 
• Draag elke dag hoge steunkousen. Hoge steunkousen komen tot u knie of tot uw lies. Steunkousen zorgen ervoor dat het bloed makkelijker door uw benen terugstroomt naar uw hart.

Adviezen over de houding van uw lichaam

• Sta niet te snel op. 
• Ga overdag zo weinig mogelijk liggen.
• Als u ligt, brengt u eerst uw knieën een paar keer om de beurt naar uw neus om het bloed beter te laten stromen. Ga daarna pas staan. 
• Als u zit, tilt u om de beurt uw voeten een paar keer van de grond om het bloed beter te laten stromen. Ga daarna pas staan.
• Als u duizelig bent, ga dan op uw hurken zitten, op de grond liggen of op een stoel zitten met de benen omhoog. Blijf niet staan. Als u niet meer duizelig bent, kunt u rustig gaan staan.
• Als u stilstaat, span dan regelmatig uw spieren in uw onderbenen aan. Ga een paar keer achter elkaar op uw tenen en op uw hielen staan. Hierdoor gaat het bloed beter stromen. 

Adviezen voor in uw huis

• Als u vaak in de nacht moet plassen, kunt u een postoel of urinaal naast uw bed zetten. Een postoel is een speciale stoel waar u op kunt plassen. Een urinaal is een soort fles waar u in kunt plassen.

Wat u beter niet kunt doen

• Sta niet lang achter elkaar stil. 
• Buk niet lang achter elkaar. 
• Ontwijk plaatsen waar u niet kunt zitten, zoals een volle trein of een lift.
• Ga niet op ladders staan.
• Ga op een kermis of in een pretpark niet in een attractie die ronddraait.
• Neem geen hete douche of heet bad.
• Ontwijk warme plaatsen zoals een sauna.