Schouderinstabiliteit : instabiele schouder

Het schoudergewricht bestaat uit verschillende onderdelen:

• Het gewrichtskapsel: Rond het schoudergewricht zit het gewrichtskapsel. Het gewrichtskapsel zorgt ervoor dat het schoudergewricht stevig is.
• Het labrum: Het labrum zit aan de rand van de kom. Het is een zacht weefsel.
  Het labrum maakt de kom in het schoudergewricht dieper.
  Het labrum zorgt ervoor dat de kop goed in de kom blijft zitten.
  Het labrum heet ook wel de kraakbeenrand.
• Spieren en pezen: De spieren en pezen rond het schoudergewricht zorgen ervoor dat het schoudergewricht op de goede plek blijft zitten.

Bij schouderinstabiliteit kunnen de spieren en pezen van de schouder de schouder niet goed genoeg op zijn plek houden.

Schouderinstabiliteit kan verschillende oorzaken hebben:

• De schouder is uit de kom gegaan. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren na een val of een ongeluk. Als de schouder uit de kom is gegaan, kan het labrum loslaten.
• U heeft de schouder heel vaak voor dezelfde beweging gebruikt, bijvoorbeeld bij zwemmen of honkbal. Bij iedere beweging beschadigt het gewrichtskapsel een beetje.
  Het gewrichtskapsel kan vervolgens losser raken en het labrum kan scheuren.
• U heeft erg elastisch bindweefsel. Dit komt heel soms voor, en is vaak al zo sinds de geboorte. Als u erg elastisch bindweefsel heeft, kan uw schouder gemakkelijker uit de kom gaan.
• U heeft een scheur in het labrum onder het midden van de kom. Dit heet een bankart laesie. Als het bot op die plaats ook beschadigd is, heet het een benige bankart leasie.

Bij schouderinstabiliteit heeft u vaak last van de volgende klachten:

• De schouder voelt instabiel aan. Het lijkt alsof uw schouder erg los zit.
• U durft uw schouder minder te bewegen, omdat u bang bent dat de schouder uit de kom gaat of weer uit de kom gaat.
• U heeft pijn als uw hand hoger dan uw schouder komt, bijvoorbeeld als u een bal gooit. Dit komt soms voor.
• De schouder kan uit de kom schieten als u uw arm hoger dan uw schouder brengt. Dit gebeurt vooral als u deze beweging snel maakt.

Eerst proberen we de schouder te herstellen door oefeningen te doen. Dit doet u onder begeleiding van een fysiotherapeut.
Als u het spannend vindt om uw schouder te bewegen, bespreek dit dan met uw arts of fysiotherapeut. Bij uw behandeling let de arts of fysiotherapeut hierop.
Als de oefeningen niet genoeg helpen, kunt u in overleg met de arts een operatie krijgen.

Fysiotherapie

U mag zelf kiezen bij welke fysiotherapeut u traint. We adviseren u om een fysiotherapeut te kiezen die ervaring heeft met aandoeningen aan de schouder.

Operatie

Als fysiotherapie niet genoeg helpt, kunt u in overleg met de arts een operatie krijgen.
In OLVG doen we 2 soorten operaties:

1. Bankart repair operatie
2. Latarjet operatie