Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Bij spanningshoofdpijn kunt u 1 of meer van deze dingen merken:
Spanningshoofdpijn komt regelmatig terug. Hoe vaak verschilt per persoon: tussen 1 dag en 15 dagen in 1 maand.
Bij chronische spanningshoofdpijn heeft u nog vaker hoofdpijn: meer dan 15 dagen in 1 maand, in 3 maanden in het jaar.
Spanningshoofdpijn komt vooral voor bij volwassenen. Soms al bij kinderen vanaf 6 jaar.
Op oudere leeftijd komt het minder vaak voor.
Hoe spanningshoofdpijn ontstaat weten we niet precies.
We denken dat verschillende dingen samen de oorzaak zijn.
Door de hoofdpijn kunt u gespannen zijn.
Spanning, stress en gespannen nekspieren en schouderspieren kunnen ervoor zorgen dat de hoofdpijn blijft of erger wordt.
Wanneer u bij hoofdpijn te vaak pijnstillers gebruikt, kan dat extra hoofdpijn geven.
De huisarts vraagt naar uw klachten en onderzoekt u.
Naast spanningshoofdpijn, kunt u ook andere soorten hoofdpijn hebben.
De huisarts kan u vragen om een hoofdpijn-dagboek bij te houden. Dit helpt om uit te zoeken wat voor hoofdpijn u heeft.
Het is goed om te weten dat spanningshoofdpijn niet gevaarlijk is. Probeer actief te blijven en door te gaan met uw werk en normale activiteiten. Een gezonde leefstijl kan u helpen om met de hoofdpijn om te gaan.
Deze dingen zijn belangrijk voor een gezonde leefstijl:
Kies wat u wilt gaan doen voor een gezonde leefstijl. Wilt u graag hulp hierbij? Bespreek dit dan met uw huisarts.
Heeft u klachten van uw nekspieren of hoofdpijn tijdens het werk? Dan kunt u de bedrijfsarts vragen om uw werkplek te controleren. Samen kunt u kijken wat uw werkplek beter kan maken.
Om spanningshoofdpijn minder te maken is gezond leven het belangrijkste.
Misschien leeft u heel gezond en heeft u toch last van spanningshoofdpijn. Dan kunt u af en toe een pijnstiller nemen. Bijvoorbeeld paracetamol.
Gebruikt u de juiste hoeveelheid en helpt dit niet genoeg? Bespreek dit dan met uw huisarts.
Zo nodig kunt u een andere pijnstiller (erbij) gebruiken.
Gebruik niet meer pijnstillers dan nodig is.
Gebruik pijnstillers ook niet dagenlang achter elkaar.
Gebruik pijnstillers ook niet om te voorkómen dat de hoofdpijn opkomt of erger wordt.
Als u te vaak pijnstillers gebruikt (meer dan 15 dagen in de maand), kunt u daardoor juist meer hoofdpijn krijgen.
Misschien helpen de adviezen en pijnstillers niet genoeg. U blijft toch hoofdpijn houden, waardoor u niet kunt doorgaan met uw normale activiteiten.
Soms kunt u leren om op een andere manier met de pijn om te gaan. De pijn wordt hierdoor niet minder. Maar misschien lukt het dan beter om met uw activiteiten door te gaan. Bespreek dit met uw huisarts.
OefentherapieU gaat oefeningen doen. U oefent om spieren te ontspannen en bij hoofdpijn toch actief te zijn. Een oefentherapeut kan u hierbij helpen.
Psycho-somatische oefentherapieU oefent om te ontspannen en andere gedachten te hebben bij de pijn.
GedragstherapieU oefent om anders te reageren of iets anders te doen in momenten van pijn.
Psychologische hulp bij problemen, angst of depressieStress, zorgen, angst en somberheid maken het lastiger om met pijn om te gaan.
Gesprekken met de praktijkondersteuner-ggz of met een psycholoog kunnen hierbij helpen. Meer informatie vindt u in het onderwerp Psychische klachten.
Heeft u heel vaak spanningshoofdpijn (15 dagen in de maand en dat 3 maanden in 1 jaar)? En helpen de adviezen, leren omgaan met hoofdpijn of de pijnstillers niet genoeg?
Dan kunt u misschien het medicijn amitriptyline slikken. Dit medicijn kan helpen om minder spanningshoofdpijn te hebben.
U moet het elke avond slikken.
Dit medicijn heeft voordelen en nadelen. Het is niet voor iedereen geschikt.
De huisarts bespreekt dit met u. Zo kunt u samen beslissen of u dit medicijn wilt proberen.
Voordelen:
Nadelen:
Niet of minder geschikt:
Soms maakt uw huisarts eerst een hartfilmpje om te weten of u het medicijn mag gebruiken.
U start met een kleine hoeveelheid amitriptyline. Met uw huisarts kijkt u of het helpt en of u bijwerkingen krijgt.
Als u met pijnstillers start, komt u na 2 en 4 weken voor controle. Spreek met uw huisarts af hoe vaak u daarna voor controle komt.
Blijft u vaak pijnstillers slikken (bijna om de dag en dat 3 maanden in het jaar)? Bespreek in ieder geval 1 keer per jaar hoe het gaat met uw medicijnen.
Als u met amitriptyline start, komt u elke 2 tot 4 weken op controle bij de huisarts. Als u geen last heeft van bijwerkingen, krijgt u iets meer medicijn. Tot u merkt dat het helpt. Uw huisarts kan u vragen om een hoofdpijn-dagboek in te vullen.
Als u de juiste hoeveelheid medicijn gebruikt, moet u dit 6 weken blijven gebruiken.
Zijn er problemen op uw werk? Of kunt u door de hoofdpijn niet goed werken? Bespreek dit dan met uw werkgever. En neem contact op met de bedrijfsarts.
Bel uw huisarts voor een afspraak als 1 of meer van deze dingen voor u klopt:
Krijgt u andere hoofdpijnklachten? Soms is het belangrijk om dan ook de huisarts te bellen.
Meer informatie en contact met anderen met hoofdpijn vindt u via de patiëntenvereniging Hoofdpijnnet.
We hebben deze informatie gemaakt met de richtlijn voor huisartsen over hoofdpijn.
Uw huisarts kan spanningshoofdpijn goed behandelen.
Als uw huisarts denkt dat er een andere oorzaak voor uw hoofdpijn kan zijn, verwijst de huisarts u naar een neuroloog in OLVG. Met de neuroloog bespreekt u uw klachten. Ook onderzoekt de neuroloog u.
Het is handig om voor de afspraak bij de neuroloog al een dagboek bij te houden. In dit dagboek schrijft u op wanneer u hoofdpijn heeft, hoe lang de hoofdpijn duurt en hoeveel hoofdpijn u heeft. Het dagboek helpt uw neuroloog om uit te zoeken wat voor hoofdpijn u heeft.
Een goede leefstijl, ontspanning en een goede houding helpen tegen spanningshoofdpijn. Een fysiotherapeut kan u helpen door oefeningen te geven voor meer ontspanning en een betere houding.
U kunt ook paracetamol gebruiken tegen de spanningshoofdpijn. Gebruik maximaal 4 keer per dag 2 tabletten paracetamol van 500 mg. Doe dit maximaal 7 dagen achter elkaar. Het is belangrijk dat u niet te lang paracetamol neemt, omdat u door paracetamol juist hoofdpijn kunt krijgen.
Als deze behandelingen niet genoeg helpen, bespreekt u met uw neuroloog of u andere medicijnen kunt gebruiken. Dit zijn zenuwpijnstillers.
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Polikliniek Neurologie, locatie Oost, P3
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)
Polikliniek Neurologie, locatie West, route 12
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)
Polikliniek Neurologie, locatie Spuistraat 239
020 510 88 83 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)
Een deel van de informatie op deze pagina komt van Thuisarts.nl. Thuisarts.nl wordt gemaakt door het Nederlands Huisartsen Genootschap. De Federatie Medisch Specialisten, Patiëntenfederatie Nederland en Akwa GGZ werken mee aan Thuisarts.nl.