Totale elleboogprothese : kunst-elleboog

In de elleboog komt het bot van de bovenarm en de botten van de onderarm samen. Op de uiteinden van deze 3 botten zit kraakbeen. Kraakbeen zorgt ervoor dat de botten soepel over elkaar bewegen. Kraakbeen kan slijten, bijvoorbeeld door artrose, reuma of een ongeval.

Door slijtage van het kraakbeen in de elleboog kunt u klachten krijgen. De elleboog kan stijf zijn en pijn doen. Als u erge klachten heeft, kunt u een elleboogprothese krijgen. Meestal zet de arts de prothese met botcement vast in het bot.

Een elleboogprothese bestaat meestal uit 2 onderdelen:

• Bovenarmdeel
• Ellepijpdeel
• Soms komt er in het spaakbeen ook een prothese-onderdeel.

1 tot 2 weken voor de operatie

• Als u weet wanneer u de operatie krijgt, heeft u nog 1 afspraak op de afdeling Orthopedie met de arts en de verpleegkundige. De afspraak is ongeveer 1 tot 2 weken voor uw operatie. De arts en de verpleegkundige controleren of u wondjes of ontstekingen heeft. U bespreekt ook met de arts welke medicijnen u mag blijven gebruiken.
• Wij adviseren u om al voor de operatie een afspraak te maken met een fysiotherapeut. Zo kunt u na de operatie snel beginnen met uw herstel. Kies een fysiotherapeut die bekend is met een schouderprotheses.

2 dagen voor de operatie

• U kunt 2 dagen voor de operatie contact opnemen met de planner van de afdeling Orthopedie. U hoort dan het tijdstip van de operatie.
• Zet de spullen die u iedere dag thuis gebruikt alvast op een plek waar u goed bij kunt. Bijvoorbeeld uw kookspullen en douchespullen. Doe dit voor uw operatie.

• Op de operatiekamer krijgt u de verdoving.
• De arts maakt daarna een snee van 10 tot 15 centimeter in de achterkant van uw elleboog.
• Om bij de elleboog te komen, moet de arts een paar spieren verplaatsen. Soms moeten er een paar pezen worden losgemaakt.
• De arts vervangt de beschadigde elleboog door de prothese.
• De arts maakt de pezen weer vast. En legt de spieren weer naar de goede plek.
• Na het sluiten van de wond komt er een gaas met drukverband op de wond.
• Soms moet er 2 weken gips om de elleboog.
• De operatie duurt ongeveer 2 uur.

• Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer.
• Als u pijn heeft of misselijk bent, krijgt u medicijnen.
• U heeft na de operatie een infuus in uw arm. Hierdoor krijgt u medicijnen en vocht.
• Om een ontsteking in de elleboog te voorkomen, krijgt u antibiotica.

Tijdens de operatie kan er een zenuw beschadigen. Een beschadigde zenuw kan klachten geven van prikkende of stekende pijn. Het herstel kan tot een jaar duren.  

Fysiotherapie

De dag na de operatie start u met oefenen. Een fysiotherapeut in het ziekenhuis begeleidt u hierbij.

• Hand en pols
  U mag de hand en pols direct al zelfstandig bewegen.
• Elleboog
  Bij het buigen en strekken van de elleboog moet u de bovenarm tegen uw lichaam houden. De fysiotherapeut geeft aan hoe u deze oefeningen moet uitvoeren. U moet deze oefeningen 3x per dag zelfstandig doen.
• Schouder
  U start ook met het bewegen van de schouder met hulp van de fysiotherapeut.

Als u weer thuis bent, gaat u verder met oefenen. Dit doet u bij een fysiotherapeut bij u in de buurt.

U blijft meestal 1 of 2 dagen na de operatie in het ziekenhuis. U bespreekt met uw arts wanneer u weer naar huis kunt. U mag nog niet zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer. Vraag of iemand u met de auto naar huis brengt.

Soms is het niet mogelijk dat u thuis revalideert. U blijft dan maximaal 2 weken op de revalidatie-afdeling van OLVG. Als u langer opgenomen moet worden om te revalideren, vragen we voor u een plaats aan op een revalidatieafdeling in een verpleeghuis.

Als u naar huis gaat, krijgt u de volgende dingen mee:

• Een brief voor de fysiotherapeut.
• Eventueel een brief voor de Thuiszorg.
• Een afspraak voor controle op de polikliniek Orthopedie.

We sturen het recept voor uw medicijnen naar uw apotheek. U kunt de medicijnen daar ophalen of ze thuis laten bezorgen.

Na de operatie krijgt u soms 2 weken gips om uw bovenarm.
U draagt 6 weken dag en nacht een sling. Een sling is een draagband voor uw arm. Uw arm krijgt dan rust.
Door de sling kunt u maar 1 arm gebruiken. 

De eerste 2 weken

• U mag de pols, hand en schouder bewegen.
• Als u gips heeft, gaat het gips na 2 weken eraf. U mag dan beginnen met bewegen van de elleboog.

De eerste 6 weken

• De elleboog niet belasten.
• Niet fietsen, bromfietsen of autorijden.
• Niet sporten

Na 6 weken
U mag uw elleboog steeds meer gebruiken. Dit hangt af van de klachten. De fysiotherapeut begeleidt u hierbij.

Adviezen dagelijkse activiteiten met 1 hand

Wassen en kleden

• Begin met het aankleden van de geopereerde kant van het lichaam.
• Bij het uitkleden eindigt u met de geopereerde kant.
• Kies voor ruim zittende en rekbare kleding. Draag bijvoorbeeld mee-rekkende stof met een sluiting voor het bovenlichaam, zoals een vest of blouse. Kies voor een broek met elastiek in plaats van een rits of knopen.

Zitten, staan, lopen en slapen

• Pas uw tempo aan. Uw geopereerde arm zit in een sling. U heeft dan een andere balans als u gaat staan, als u loopt en traploopt.
• Zorg tijdens het slapen dat uw geopereerde arm aan de vrije kant van het bed ligt. Zo kan niemand er tegenaan stoten. Slaap op uw rug.
• We raden u aan om zittend te douchen. Via de uitleenservice van de thuiszorg is het mogelijk om een douchestoel te lenen.
• Als u op de bank zit, ga dan niet met de geopereerde kant tegen de leuning zitten. Uw arm wordt dan omhooggeduwd.

Rondom de maaltijd

• Doe boodschappen in een boodschappenkarretje en trek deze met de gezonde arm.
• Til niet. Schuif als het mogelijk is. Gebruik voor het schuiven een pannenlap of theedoek onder de pannen. U kunt ze dan over het aanrecht verplaatsen. Doe dit met de gezonde arm.
• Gebruik een afgietdeksel of vergiet bij het afgieten van groenten. Of laat een roestvrijstalen vergiet in de pan mee koken.
• Gebruik antislipmateriaal voor uw bord of plank, om verschuiven tegen te gaan.
• Gebruik een diep bord of bord met bordrand zodat de maaltijd beter op het bord blijft liggen.
• Kies eventueel voor voorgesneden groenten.
• Gebruik tijdelijk kant en klare ovenmaaltijden of magnetronmaaltijden.
• Gebruik een eenhandige blikopener.
• Gebruik een aangepaste snijplank, waarop je ingrediënten kunt vastzetten met snijden. De meeste kleine hulpmiddelen kunt u kopen bij huishoudwinkels.

U heeft na uw operatie nog 3 afspraken:

1. Een afspraak om uw elleboog te controleren. Dit is ongeveer 2 weken na uw operatie. De arts verwijdert tijdens deze afspraak ook de hechtingen en eventueel het gips.
2. Een afspraak om uw elleboog te controleren. De arts kijkt of de elleboog goed functioneert. Soms maken we een röntgenfoto. Deze afspraak is ongeveer 6 weken na uw operatie.
3. Een afspraak om uw elleboog te controleren. Deze afspraak is ongeveer 1 jaar na de operatie. Soms maken we een röntgenfoto.

Iedere operatie heeft risico’s. Bij deze operatie bestaat een kleine kans op trombose, een nabloeding, longontsteking of een ontsteking van de wond.

Bel meteen de polikliniek Orthopedie als u 1 of meer van deze klachten heeft:

• meer dan 38,5 graden koorts
• er komt vocht uit de wond
• de wond en de huid om de wond zijn rood en dik
• de schouder doet veel pijn
• de wond gaat bloeden