home

Voedingsadvies bij calcium-oxalaatstenen : urinewegstenen en nierstenen

Er zijn verschillende soorten urineweg- en nierstenen. Stenen die uit calcium en oxalaat bestaan, komen het meeste voor. U krijgt een voedingsadvies om de kans op nieuwe stenen kleiner te maken. Als u urine heeft gespaard, past het voedingsadvies daarbij.

De invloed van voeding op urinewegsteen of niersteen

Door gezond te eten heeft u minder kans op een urinewegsteen of op een niersteen. Het is belangrijk om veel en vaak te drinken. Ook is het belangrijk om veel en vaak groente en fruit te eten. Hieronder staat welke voeding de kans op een urinewegsteen of niersteen kleiner maakt.

Drink veel en vaak

Drink 2,5 tot 3 liter per dag. Uit onderzoek blijkt dat kans op nieuwe stenen dan kleiner is. Gebruik een maatbeker om te meten of u 2,5 tot 3 liter haalt.

Door veel te drinken maakt u veel urine aan. Uw urine is dan lichter van kleur. De urine is minder geconcentreerd en daardoor is de kans op nieuwe stenen kleiner. Drink zoveel mogelijk. Probeer minimaal 2,5 liter urine uit te plassen.

Bij warm weer, koorts, braken, diarree of sporten verliest u meer vocht. Dan is het belangrijk om nog meer te drinken.

  • Drink verdeeld over de dag. Uw urine blijft dan licht van kleur.
  • Drink ook voor het slapen gaan en drink meteen als u wakker wordt.
  • Neem altijd een flesje water mee als u onderweg bent.

Water is altijd goed. U kunt afwisselen met niet te sterke thee of koffie, limonade, light limonade, light-frisdrank, melkproducten en vruchtensap.

Drink geen chocolademelk, ice tea, sappen en smoothies waar spinazie, bieten of snijbiet is verwerkt. Drink geen sterke thee zoals zwarte, groene en rooibosthee.

Eet meer fruit en groenten

In groenten en fruit zit veel kalium. Kalium zorgt voor meer citroenzuur en minder calcium in de urine. Dat maakt de kans op nieuwe urinezuurstenen kleiner. Eet vooral fruit met veel citroenzuur, zoals:

  • aardbeien
  • abrikozen
  • citroen
  • cranberry
  • frambozen
  • grapefruit
  • kiwi
  • limoen
  • passiefruit
  • rode bessen
  • sinaasappel
  • tomaten
  • zwarte bessen

Eet minstens 250 gram groenten en 200 gram fruit per dag.

Gebruik minder oxaalzuur

Bij gebruik van oxaalzuur is de kans op het krijgen van een urinewegsteen of niersteen groter. Eet weinig of geen producten met oxaalzuur.

Niet eten

  • Spinazie
  • Snijbiet
  • Rabarber
  • Sterfruit

Weinig eten

  • Aardappelen met schil
  • Bieten
  • Paprika
  • Cacao en chocolade
  • Amandelen en cashewnoten
  • Marsepein

Zuivel

In zuivel zit veel calcium. Calcium uit de voeding bindt oxaalzuur in de darmen. Er komt dan minder oxaalzuur in de urine en dat maakt de kans op stenen kleiner.
Gebruik daarom elke dag 3 tot 4 producten van 500 ml vloeibare zuivel, zoals melk, karnemelk of yoghurt.  
Drink bij iedere maaltijd maximaal 150 ml vloeibare zuivel. U kunt ook plantaardige zuivel drinken.

Minder zout

Gebruik maximaal 6 gram zout per dag. Zout verhoogt de hoeveelheid calcium in de urine. Meer calcium in de urine verhoogt de kans op stenen. Eet daarom weinig of geen voedingsmiddelen met zout.

Onderstaande producten bevatten veel zout. Gebruikt deze producten niet of gebruik deze producten zo weinig mogelijk.

Zout, kruidenmengsels en smaakmakers

  • keukenzout, zeezout, kruidenzout, fleur de sel, Himalaya zout, mineralenzout en alle andere soorten zout
  • gehaktkruiden, nasi- en bamikruiden en andere kruidenmengsels met zout
  • strooiaroma, vloeibare aroma, zoals maggi en aromat
  • bouillonblokjes, bouillonpoeder, miso
  • zoete ketjap, zoute ketjap en sojasaus
  • sambal, mosterd en piccalilly
  • adjinomoto of vetsin (natriumglutamaat)

Kant-en-klare producten

  • kant-en-klare pakketten om maaltijden te maken, zoals wereldgerechten van Knorr of van het huismerk van de supermarkt.
  • kant-en-klare pastasaus, groentesausjes en juspoeder
  • soep uit blik, pakjes om soep mee te maken en cup-a-soup
  • kant-en-klare maaltijden van de supermarkt, slager, traiteur of een afhaalmaaltijd

Vlees, vleeswaren, vis en vleesvervangers

  • vlees dat op smaak gebracht is, zoals burgers, hamburgers, gepaneerd vlees, saucijzen, rookworst en voorgekruid vlees
  • zoute vleeswaren, zoals rauwe ham, rookvlees, bacon, ontbijtspek en alle soorten worst zoals snijworst, cervelaat en salami
  • vis die gerookt, ingelegd of gekruid is, zoals haring, ansjovis, gerookte zalm of forel, paling, kibbeling en lekkerbekjes.
  • gekruide vleesvervangers, zoals quorn, vegetarische burgers, tivall en valess

Kaas en snacks

  • kaas, zoals smeerkaas, brie, witte kaas, feta en blauwe kaas. 30+ kaas bevat minder vet, maar nauwelijks minder zout
  • zoutjes, borrelnoten, gezouten noten, chips
  • snacks zoals frikadel, saté, loempia, döner kebab, turkse pizza, shoarma, saucijzenbroodje, kaasbroodje, kipnuggets en broodjes hamburger
  • olijven, kappertjes, atjar, augurken en zilveruitjes

Minder dierlijk eiwit, wel zuivel

U mag vlees, vleeswaren, vis of gevogelte zoals kip eten maar niet te veel.

  • Eet per week niet meer dan 500 gram in totaal
  • Eet per dag niet meer dan 100 gram vlees, vis of kip
  • Eet niet meer dan 300 gram rood vlees per week. Rood vlees is vlees van een koe, varken, schaap of geit. Het vlees van gevogelte zoals kip of kalkoen en tam konijn is wit vlees.
  • Eet zoveel mogelijk onbewerkt vlees. In vleeswaren, hamburgers en worst zit veel zout.

 

Gebruik minder suiker

Door suiker komt er meer calcium in de urine. Meer calcium in de urine verhoogt de kans op nierstenen. Ook een hoger gewicht verhoogt de kans op nierstenen.
Gebruik geen suiker in koffie of thee. Drink light frisdrank of limonade zonder suiker zoals Slimpie limonadesiroop, Crystal Clear en sinas light.

Vitamine D

Vitamine D zit in voedingsmiddelen zoals vlees, vis, boter, margarine en ei. Het lichaam maakt ook zelf vitamine D aan onder invloed van zonlicht. Sommige mensen krijgen advies om extra vitamine D te nemen zoals vrouwen boven de 50 jaar, mannen boven de 70 jaar, mensen met een getinte of bedekte huid of mensen die weinig buiten komen. Het is belangrijk om niet meer dan 20 microgram vitamine D per dag in te nemen. Te veel vitamine D vergroot de kans op nierstenen.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Diëtetiek, locatie Oost, P2
020 510 85 04 (op werkdagen van 08.30 tot 16.00 uur)
dietetiek@olvg.nl

Polikliniek Diëtetiek, locatie West, route 14
020 510 85 04 (op werkdagen van 08.30 tot 16.00 uur)
dietetiek@olvg.nl

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Diëtetiek van OLVG. Laatst gewijzigd: