home

Herseninfarct : problemen met een bloedvat in de hersenen

Bij een herseninfarct krijgt een deel van uw hersenen geen zuurstof. Vaak komt dit door een bloedpropje in de hersenen. Bij een herseninfarct kunt u een scheve mond krijgen. U kunt ook een verlamming in uw arm of been krijgen of niet goed kunnen praten.

Over een herseninfarct

Een herseninfarct ontstaat als een bloedpropje vastzit in een bloedvat in de hersenen. Hierdoor krijgt een deel van uw hersenen geen zuurstof. Zonder zuurstof raken de hersenen beschadigd. 
Vaak begint het herstel na een paar dagen of weken. Het herstel gaat langzaam. Soms herstelt u niet of niet volledig. 

Klachten bij een herseninfarct

Bij een herseninfarct kunt u veel klachten krijgen. Welke klachten u krijgt, hangt af van waar het bloedpropje zit. U kunt last krijgen van de volgende problemen:

  • minder gevoel in uw gezicht, arm of been
  • een verlamde arm of een verlamd been
  • scheve mond
  • moeilijk kunnen praten of slikken
  • dubbelzien of problemen met zien
  • draaiduizeligheid of problemen met balans

Behandeling

Er zijn verschillende behandelingen mogelijk. 

Bloedpropje verwijderen met trombolyse

Om te zorgen dat uw hersenen weer zuurstof krijgen, moet de arts het bloedpropje in de hersenen oplossen. De arts behandelt u met trombolyse. Trombolyse is een behandeling met het medicijn alteplase. Dit is een sterke bloedverdunner. Het medicijn maakt het bloedpropje kapot. Als het bloedpropje kapot is, krijgen uw hersenen weer zuurstof.  
Na een trombolyse blijft u minimaal 24 uur in het ziekenhuis. Soms blijft u een paar dagen tot weken in het ziekenhuis. De arts bespreekt met u wanneer u weer naar huis kunt of op een andere plek verder kunt herstellen. U verblijft eerst op de stroke-unit en daarna op de verpleegafdeling Neurologie.

Niet altijd mogelijk

Trombolyse is niet altijd mogelijk. Een behandeling met medicijnen werkt het beste binnen 4,5 uur na het starten van de klachten. Soms is het te laat om trombolyse te kunnen geven. Ook kunt u geen trombolyse krijgen als u een hersenbloeding heeft of als u een hogere kans op bloedingen heeft. De arts bespreekt met u of een trombolyse mogelijk is.

Behandeling met trombectomie

Soms kan de arts de bloedprop weghalen met een katheter. Een katheter is een slangetje die via uw lies naar de hersenen gaat. Deze behandeling heet trombectomie.
De arts bekijkt eerst waar de bloedprop zit. U krijgt daarom een onderzoek van uw slagaders. Dit is een onderzoek met contrastmiddel. 
Een trombectomie is niet altijd mogelijk. Bijvoorbeeld omdat u al lang klachten heeft of omdat de bloedprop op een moeilijke plek in de hersenen zit. De arts bespreekt met u of deze behandeling bij u mogelijk is. 
Voor deze behandeling gaat u met een ambulance naar het Amsterdam UMC. 

Operatie aan de hals

Als een slagader in uw hals bijna dicht zit, kunt u ook een herseninfarct krijgen. Dit heet een vernauwing van de slagader. Als er een vernauwing in uw halsslagader zit en u net een herseninfarct of TIA gehad heeft, kunt u een operatie aan uw hals krijgen. Bij de operatie maakt de arts een sneetje in de slagader. De chirurg maakt dan de slagader schoon. Hierdoor heeft u minder kans om nog een herseninfarct te krijgen. 

Zorg dat u niet opnieuw een herseninfarct krijgt

Om te zorgen dat u niet opnieuw een herseninfarct krijgt, kunt u medicijnen krijgen. Bijvoorbeeld bloedverdunners, medicijnen tegen een hoge bloeddruk of cholesterolverlagers. De arts bespreekt met u welke medicijnen het beste bij u passen. Daarnaast is het belangrijk om gezond te eten, veel te bewegen en niet te roken. 

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen. 

Verpleegafdeling Neurologie, locatie West, route 81
020 510 82 38 (op werkdagen van 08.15 tot 16.30 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Neurologie van OLVG. Laatst gewijzigd: